Dag 1
Hé’ hé eindelijk was het zover. Gisteren de koffers op het laatste moment ingepakt, erg gestrest. Nog een bezoek aan zoon Roderick want die was gisteren geopereerd aan zijn enkel, het gaat gelukkig goed. Een hectische tijd gehad dus echt toe aan een aantal dagen weg. Een laatste bezoek aan onze buren Zij wilden ons wegbrengen naar het station echter gezien het tijdstip stelden wij voor dat wij zelf met de auto naar het station zouden rijden en zij de auto later op zouden halen. Wat een geweldige mensen, waar maken we ons druk om. De wekker om zes uur gezet en om 7.16u namen we de trein naar Schiphol, we vlogen om 10.30u met een half uur vertraging naar Zurich, met Swiss Air, waar we overstapten om vervolgens met dezelfde maatschappij door te vliegen naar Istanboel. Niet eerder geweest dus spannend. Er is een tijdsverschil van één uur vooruit. Na een reis met enorm veel turbulentie, je kon niet normaal je glaasje drinken op het tafeltje laten staan landen we om 15.30u. Eén ding viel ons direct op vanuit de lucht waaraan ziet dat je in een moslim land bent. In overig Europa zie je steden met kerktorens nu zagen we vanuit de lucht Moskeën met minaretten. Dat was het eerste wat opviel. Allereerst een visum aanschaffen, 10euro pp, vervolgens in de rij voor de paspoort controle en daarna de koffers van de band halen. Iedere keer weer spannend of ze er wel zijn. Vervolgens op zoek naar de metro want dat is iedere keer weer een uitdaging. Bij het verlaten van het vliegveld werden we aangesproken door een vreemd persoon. Hij liet ons een kaartje zien en bood aan om ons voor 10 euro naar het hotel te brengen. Was dit wel zuivere koffie omdat je keer op keer gewaarschuwd wordt voor nare taxi-praktijken. Omdat de man goed Engels sprak en wij gevoelsmatig min of meer ja moesten zeggen, hapten we toe. Wat bleek overdag werkt de man voor een toeristenbureau en na diensttijd brengt en haalt hij mensen naar/van het vliegveld (zeg maar snorren echter dat is hier algemeen geaccepteerd). Onderweg praatte hij honderd uit en gaf goede tips en zijn kaartje. Hij wist niet goed waar hij moest zijn dus na enkele malen vragen her en der vonden we het hotel. Het verkeer is te vergelijken met Italie, Rome of Napels. Druk en iedereen doet maar wat.
De chauffeur, afkomstig uit Libanon, wilde ons graag nog wel enkele malen rijden en kregen zijn mobiele nummer. Ik denk niet dat we het doen want we hebben inmiddels ook een meerdaagse kaart voor het OV. Misschien de laatste dag weer terug brengen naar het vliegveld. De OV kaart heet hier Akbil. Een apparaatje zo groot als een sleutel met aan het uiteinde een chip (lijkt op klein batterijtje) waarmee je reist op saldo. Je betaald voor de sleutel borg. Bij aparte loketjes langs de kant van de weg kun je de Akbil opladen of zelf doen bij automaten. Bewaar de bon van de borg dan kun je het app. weer terug geven en krijg je borg en saldo retour. Te gebruiken voor alle soorten OV inclusief de ferry´s. Na een vriendelijke ontvangst in het hotel
Orient Express konden we plaatsnemen in de bar en werden we verwend met thee en sandwiches. De receptionist kwam onze sleutel in de bar brengen en trakteerde ons nog op thee en broodjes en gaf ons nog tips voor dagtrips. Deze hadden we ook al van de taxichauffeur gehoord en die waren bij hem een stuk goedkoper. Maar goed, we denken als we een dagtrip nemen het maar via de balie van het hotel doen. Het hotel zit midden in het centrum op loopafstand van alle belangrijke high lights. Ook de stem schreeuwend vanaf de minaret maakte indruk op ons. Een heerlijk luxe hotel met alle comfort en vriendelijkheid die je je maar wenst. Het enige is dat de kamer niet groot is maar wel erg knus. Rond 19.00u nog even een rondje om, de wijk verkennen. Eén nadeel overal bij de restaurantjes willen ze je naar binnen lokken echter daar trappen wij niet in want we hadden een tafel en het hotel restaurant gereserveerd. Na een heerlijk diner op zeven hoog waren we om 21.00u weer op de kamer. Wat ons opviel was de vriendelijkheid van de bevolking. Nog even naar Wie is de Mol kijken, ja we hebben Nederlandse TV via de Satelliet en internet, deden we om 22.00u het licht uit.

Dag 2
Na een onrustige nacht waren we om 8.30u op. Het hotel ligt aan een drukke smalle straat zodat het geluid erg doorklinkt. Maar goed, eenmaal in slaap merk je daar niets meer van. Een uitgebreid ontbijt wachtte ons in het souterrain. Heerlijke warme Turkse broodjes, vlees, kaas, vruchten etc. Genoeg om een stevige basis voor de ochtend te leggen. Rond tienen verlieten we het hotel om een bezoek aan het Topkapipaleis te brengen. Het Topkapi Paleis was het voormalig onderkomen van Ottomaanse sultans, bestuurlijk centrum van het Ottomaanse imperium en kern van de bestuurlijke Ottomaanse elite. Het zonnetje scheen maar niet voor lang echter regen hebben we niet gehad. Het paleis is tussen 1459 en 1465 gebouwd kort na de verovering van Constantinopel door Sultan Memet de II. Snel kaartjes kopen kun je wel vergeten want er zijn nog tientallen mensen en groepen die een kaartje willen bemachtigen dus trek hier maar wat tijd voor uit of koop online. Voordat je bij de hoofdingang bent loop je over een gigantische mooie tuin/ binnen terrein met groen, bomen en lieve lentekleuren van primulaatjes die al in bloei staan. Het paleis is een highlight dus alleen ben je niet, wat af en toe voor foto’s nemen vervelend is maar dat denken de andere bezoekers natuurlijk ook. Op dit grote stuk grond zeg maar de voortuin van het paleis staan enkele grote gebouwen en ook nog een Byzantijnse kerk uit de zesde eeuw. Nooit verbouwd tot moskee wat erg verbazingwekkend is. Ook grenst het gebied aan het Gülhanepark. Eén van de grotere parken van Istanbul grenzend aan de Bosporus. We liepen vervolgens via de hoofdingang naar binnen en kwamen op de eerste gigantische binnenplaats met paleistuin. Het is een enorm complex met totaal vier binnenplaatsen met tuinen en paviljoens. In alle vier staan paviljoens welke ingericht waren als museum ( koetsen, wapens, kleding, sieraden en schilderijen), anderen gaven je een kijkje terug in de tijd ten tijden van bewoning door de diverse Sultans. Ook was er een enorme keuken te bewonderen met enorme pannen en keramiek (schalen en borden veelal chinees porselein uit de diverse dynastieën waaronder Mink). Sommige paviljoens waren schitterend zoals de bibliotheek, paviljoen van de heilige mantel en het Bagdad paviljoen. Sommige paviljoens waren gebouwd om overwinningen te vieren en dat was ook duidelijk te zien vanwege de uitbundige en rijke kleurrijke versieringen. In het paviljoen van de heilige mantel waren allerlei relikwieën te zien waaronder de staf van Mozes, de arm van Johannes de Doper en de heilige mantel van Mohammed. Ook is er veel aandacht voor de Ka’aba de bedevaartsplek voor de miljoenen Moslims in Mekka. Veel van deze relikwieën zijn hier eeuwen geleden terecht gekomen na de verovering van Egypte en ze werden overgebracht naar Constantinopel het huidige Istanbul.
Ook ontbrak een bezoek aan het Harem niet. De vertrekken van vrouwen en concubines van de Sultan. Dit was een paleis op zich met prachtige betegelde kamers en gangen. Het was allemaal de moeite waard. Toch kan men hier nog veel leren van Westerse musea. Het tentoonstellen van enkele collecties kan stukken beter. Sommige vitrines zien er niet uit, stoffig en erg onprofessioneel. Maar het was een bezoek meer dan waard. Na ons bezoek aan het paleis liepen we richting Blauwe Moskee, Sulthanamet Camii. Omdat we erg moe waren besloten we om deze morgen te bezoeken. Rond 16.00 uur waren we terug in ons hotel. Even heerlijk zwemmen en ontspannen. Om 19.00 uur moesten we er toch nog even op uit want de maag wil ook wat. We bleven in de omgeving van het hotel. Er zijn hier genoeg restaurants waar je heerlijk en bovenal goedkoop kunt eten. Wat erg vervelend is dat buiten de restaurants de zgn. inhalers staan. Wilt u bij mij komen eten, wilt u de kaart inzien, waar komt u vandaan etc. Maar goed uiteindelijk vonden we een leuk restaurantje. De inhaler had een vriendin in Alkmaar dus we gingen mee naar binnen en hebben heerlijk gegeten en erg leuke gesprekken gehad. Iedereen is hier even vriendelijk. Oja, en wil je een tapijtje dan zit je hier ook goed. We zijn al zoveel maal benaderd voor een Turks vloerkleed dat we er al een heel vliegtuig mee kunnen vullen.

Dag 3
Na het ontbijt vertrokken we met de tram die bijna voor de deur vertrekt naar de Galatabrug. Een brug die over de Bosporus ligt. Op de brug staan honderden vissers met even zovele vishengels. We stapten uit bij de tramhalte Karakoy. Aan de linkerzijde van de brug zagen we in een straatje allemaal kleine winkeltjes. Wij er op af. Wat bleek, allemaal ijzerwaren en loodgieters artikelen. Een straat lang. Erg interessant. Vervolgens liepen we naar de waterkant van de Bosporus waar een man ons toeriep. We konden met hem meevaren op een klein bootje, een uur voor 15 Euro. Nu is dat niet veel, maar het kleine bootje en de golfslag van het water gaf ons en gevoelsmatig nee. Om maar van het gezeur af te zijn gaf ik aan dat we morgen wel terug zouden komen en snel weg wezen. De volgende onverwachtse verrassing trof ons. We kwamen op de vismarkt. Mooie verse vis en allerlei andere zeedieren lagen fris uitgestald. Waar hebben we dat nog in ons kleine kikkerlandje. Vorige week toevallig op het journaal gezien dat ook de mossel teelt de nek wordt omgedraaid. Van de markt liepen we richting brug. Onder de brug zitten allemaal kleine restaurantjes waar we in één ervan koffie dronken en genoten van het zonnetje, ja dat schijnt volop. Het is 16 graden en morgen zou het 18 worden. Na de koffie bovenlangs. Wat wil het toeval een ober sprak ons aan en vroeg waar we vandaan kwamen. Wij heel enthousiast; uit Holland. Vervolgens haalde hij een boekje De Brug te voorschijn van onze eigen Geert Mak. Wat wil nu, Trudie had dat in de handbagage meegekregen van onze buurvrouw Elly. In één van de hoofdstukken schrijft Geert over de ober van het Galata Restaurant en die ober daar stonden wij dus mee te praten voor het Restaurant. Zondagavond is dus de uitgelezen gelegenheid om hier vis te gaan eten. Vervolgens liepen we de wijk Rüstempasa in. Hier bezochten we eerst de Rüstempasa moskee. Volgens insiders de mooiste kleinste moskee van Istanboel. Het was de eerste moskee die we bezochten dus nog geen vergelijkingsmateriaal. De weg er naar toe liep via allerlei kleine straatjes waar Turkse mannen hun waar aan de man brachten. Het was inderdaad een schitterend gebouw. Even de schoenen uit en Trudie een doek om haar hoofd en vervolgens heel uitnodigend naar binnen. Het is niet te vergelijken met onze kerken, geen stoelen/banken maar een groot tapijt op de grond met allemaal aparte vakken waar de moslims naast elkaar kunnen knielen. Ook geen spreekgestoelte of altaar maar een soort sta gestoelte op een trap. Zeg maar hetzelfde als in de protestante kerk maar dan geen overkapping maar eigenlijk alleen een rechte trap. Erg indrukwekkend mede ingegeven door onze gevoelsmatigheid ten opzichte van de Islam. Toch dwingt een bezoek respect af. De bevolking gaat in principe vijfmaal per dag naar de moskee en dat gaat gezien de oproep door, zeg maar een menselijke kerkklok niet ongemerkt voorbij. Nu hebben we al diverse jongeren gesproken die zeker geen vijfmaal meer naar de kerk gaan.
De mogelijkheden zijn er in ieder geval want om de zeg maar 400m staat een moskee. Natuurlijk niet allemaal even groot maar duidelijk te herkennen aan de minaret. Na dit bezoek liepen we via allerlei gezellige kleine smalle drukke straatjes, met winkeltjes, naar de Egyptische bazaar Misir Carsisi. Een grote L-vormige overdekte markt/bazaar waar je allerlei kruiden en specerijen kunt kopen. De geuren komen je tegemoet. Heden ten dagen worden er ook allerlei andere zaken aangeboden. Denk aan de zwarte markt in Beverwijk. Na het nuttigen van een broodje Kebab met friet en salade vervolgden we onze weg naar de Yeni Camli Moskee. Een grote moskee die een bezoek waard zou zijn. Het was echter gebedstijd en dan mogen bezoekers niet naar binnen. Dan maar genieten van de bezigheden op het binnenplein. Mannen die hun voeten wasten wat een apart beeld geeft. Op het programma stond nog een bezoek aan het Dolmabahce paleis. Over de brug weer terug naar de andere kant van de Bosporus om de tram te nemen naar het eindpunt Kabatas. Hiervandaan was het nog enkele honderden meters. Het was inmiddels 14.00 en het paleis sluit om 16.00u. Gezien de tijd die er nog overbleef leek het ons niet verstandig om het paleis te bezoeken. Je mag het ook niet op eigen houtje doen maar moet mee met een Engels sprekende gids. Dat is eigenlijk niets voor ons dus op naar het volgende highlight. Terug met de tram naar de Galata brug. Van hier is het enkele honderden meters lopen naar de Galata toren in de wijk Beyoglu aan de Gouden Hoorn. Een Genuaanse toren uit de zesde eeuw. De toren is 60 meter hoog en heeft door de eeuwen heen diverse functies gehad (uitkijktoren, gevangenis, marinedepot, brandwachttoren). De toren is gerenoveerd en doet nu dienst als toeristentrekker. Met de lift naar de top en wat je een mooi uitzicht over Istanboel biedt. Vervolgens nog een oriëntatierit met de tram. We aten in het restaurant De Puddingshop. Een bekend restaurant in Istanboel uit 1957. Het eten bleek in tegenstelling tot wat we hadden gelezen wat tegen. Bij thuiskomst nog gezwommen en om 11.00 uur het licht uit.

Dag 4
Vandaag een aantal onderdelen op het programma. Een vlooienmarkt, de rit met een historische tram en een bezoek aan het archeologisch museum. Behoord tot het grootste museum ter wereld. Dat het op zo’n dag anders loopt konden we eerst niet bevroeden. Na het ontbijt liepen we naar de kade van de Gouden Hoorn in het station waar ooit de wereldvermaarde Oriënt Express eindigde/begon het Sirkeci Gari. De zon scheen volop en de temperatuur was een aangenaam. De vlooienmarkt zat onder de brug die oost en west met elkaar verbind, Azië en Europa. Om hier te komen was het snelst via het water. Er varen hier enorm veel ferry’s naar alle bestemmingen rondom Istanboel. Het was even zoeken voordat we de juiste veerboot vonden. We kregen een tip van een aardige Turkse man om eerst met een veerboot van Eminömü naar Üsküdar te varen (Aziatisch deel) en vandaar naar Besiktas. Van daaruit was het hooguit 10 minuten lopen. Dit bleek ruim 25 minuten. Maar goed de tochten over het water met de veerponten zijn geweldig. Mede door de prijs. Je betaald voor elk ritje ongeveer 60 cent. Wij hebben een Akbil gekocht. Dit is een handig apparaatje met een soort chip die je kunt opladen met saldo en iedere keer als je gebruikt maakt van bus, tram en metro en ferry houd je het uiteinde van de Akbil dus zeg maar de chip tegen het tourniquet aan waar je doorheen moet en je krijgt toegang en ook nog eens korting. Beter dan iedere keer losse kaartjes kopen. De vlooienmarkt was eigenlijk een markt met allerlei stalletjes met kunstnijverheid. Effe leuk om overheen te lopen. Ook de omgeving langs de waterkant was erg leuk en te vergelijken met een Frans pleintje. Na een klein uurtje werd het tijd voor de volgende bestemming. Om nu weer dat hele stuk terug te lopen was geen optie. Dus op zoek naar een boot die ons terug kon brengen. We zagen bij een steiger van een afstandje wel een boot liggen maar hadden geen flauw idee waar die heen ging wel dat het 2.50 euro kostte om mee te mogen met de boot. Het was dus geen gemeente ferry. Maar goed, het avontuur lokt en we hadden de tijd. Lekker een plaatsje boven op dek in de zoen gezocht en al snel vertrokken we met een hele hoop ander passagiers. We voeren richting de Aziatische zijde, onder de grote brug door en we dachten dus dat we aan de overkant terecht zouden komen. Maar nee hoor, wat bleek het was een soort rondvaartboot die ons een twee uur durende cruise over de Bosporus gaf. We hebben heerlijk genoten van het uitzicht. Dat was dus heel onverwacht, stond wel op het programma maar de vaarten die wij hadden uitgezocht kosten inclusief lunch ca. 45 euro. Nu dat was een ware meevaller. Zelfs de thee werd aan dek geserveerd. Bij terugkomst op dezelfde plek hadden we al snel door dat het of een taxi werd of de bus. Beide was eigenlijk geen optie want het was ongelofelijk druk met auto’s. We besloten de bus te nemen. De bracht ons snel naar het instappunt van de ferry. Zelfde weg terug. In het Galata café, dat van Geert Mak dronken we koffie en genoten we van een heerlijke tonijnsalade. Hiervandaan liepen we richting Tünel. Dit is een ondergronds treintje uit 1875 wat een traject van 500 meter overbrugt en je steil omhoog brengt van Karakoij naar het Tünelplein. De eindhalte van het treintje is het begin waar de historische tram begint. Dit is een trammetje door de drukste winkelstraat van Istanboel naar het Taksimplein. Een leuke rit. Op het eindpunt hebben we onze chipkaart weer opgeladen. Terug deden we dezelfde route maar nu te voet. Wat we hier meemaakten is eigenlijk niet te beschrijven. In de winkelstraat liepen duizenden mensen. Het was net een mierenhoop. Wij hebben nog nooit zoveel mensen door elkaar heen zin lopen. Dit was echt overweldigend. Ook was er veel politie op de been. We hielden even halt bij een katholieke kerk, één van de weinigen, een Grieks Orthodoxe kerk en de Nederlandse Ambassade die ook in deze straat waren gevestigd. Al met al een drukke dag die niet zo was gelopen zoals wij ons hadden voorgesteld.

Dag 5
Wederom een zonnige dag. Dat is altijd heerlijk wakker worden. Vroeg wakker want veel gasten van onze etage gingen weer naar huis en het lijkt wel of iedereen dan in een uitgelaten stemming is. Gisteravond zat er iemand uitgebreid op de gang te bellen. Dit wekt veel irritatie op want het leek alsof hij voor onze deur stond. Natuurlijk moest ik daar wat van zeggen waarna de persoon naar zijn kamer ging. Waarom hij nu expliciet op de gang belde dat heb ik niet gevraagd. Maar goed, onze dag stond in het teken van een bezoek aan de Aya Sofia Moskee, de Blauwe Moskee het verdronken Paleis en het archeologisch museum. Normaal had Trudie alles goed voorbereid echter zij voelt zich sinds gisteren niet erg lekker. Eten van een broodje kebab heeft haar geen goed gedaan. We verlieten rond tienen het hotel. Tijdens het ontbijt had ik in het dagelijks journaal van het hotel al gezien dat de Aya Sofia gesloten was op maandag. Dus dan eerst maar naar de Sultanahmet Moskee ofwel Blauwe Moskee. Deze naam dankt zij aan het blauwe Iznik tegelwerk. De moskee behoort tot de beroemdste Religieuze gebouwen ter wereld. Gebouwd tussen 1609 en 1616. Het gebouw riep toentertijd nogal wat wrevel op gezien de zes minaretten rondom de moskee terwijl de moskee in Mekka er zeven heeft. Het is een gigantisch bouwwerk wat je niet over het hoofd kunt zien. Nadat we onze voeten, hoofd en haar hadden gewassen, ha ha grapje, alleen de schoenen uit en een hoofddoek op voor de vrouwen mochten we naar binnen. Je komt in een enorme gebedsruimte wat erg indrukwekkend is. De koepel van de moskee rust op vier enorme pilaren, alles is even groot en door de schitterende kleurstellingen val je van de ene in de andere verbazing. Gisteren sprak ik over het spreekgestoelte van waaraf de Imam de mensen toespreekt, dit heet Minbar. Wordt alleen op vrijdag gebruikt, dit is wat voor ons de zondag is. In de kerk zitten 250 vensters waardoor er een zee van licht naar binnen straalt. De moskee laat een grote indruk op ons achter. Vervolgens liepen we naar de Basilica Cistern. Een enorm ondergronds waterreservoir uit de 4e eeuw, ook wel het Verdronken Paleis genoemd. Je gaat via een soort metro ingang naar binnen en weet niet wat je kunt verwachten. Nadat je enkele trappen bent afgedaald kom je vervolgens in een gigantische ruimte terecht met allemaal grote pilaren die in het water staan. Het is een betoveringachtige historische constructie. Een oppervlakte van 140m lang en 70m breed. Er staan 336, negen meter hoge marmeren pilaren die het gewelfde dak ondersteunen. De vorm van de pilaren is verschillend. Er werd hier 100.000 liter water opgeslagen. Wat leuk is om te weten, is dat er tot een eeuw na de verovering van Istanboel door de Osmanen, men niet van het bestaan afwist. Toevallig kwam men er achter doordat mensen water en zelfs vissen door gaten in de keldervloer omhoog haalden. We vervolgden onze weg naar het Archeologisch museum, jammer gesloten op maandag. Een tip van een Turkse parkeerwacht om het Turkse tegel- en kunstnijverheid museum te bezoeken. Jammer ook gesloten. Wat nu; Trudie haar misselijkheid werd erger dus besloten we om terug naar ons hotel te lopen voor een aspirientje en een plaspauze. Na een klein uurtje weer op pad. We besloten naar de wijk Metler te gaan met tram/metro. Volgens dezelfde parkeerwacht was dit een leuke winkelwijk. Bij aankomst een tegenvaller dus de moed opgegeven en Trudie was allang blij dat we weer richting hotel gingen. Rond 16.00uur waren we terug. Dan maar lekker lezen. We hadden nog water nodig dus ben ik naar de supermarkt gegaan. Ook wilde ik het station waar ooit de Oriënt Express vertrok en aankwam fotograferen. Op het perron zag ik het kantoor van de Stationsdirecteur, ieder station heeft een eigen directeur. Ik kon het niet nalaten om even te netwerken en stapte zijn bijzonder smaakvollle maar gedateerde bureau binnen, stelde mij voor en al snel ontstond er een ontspannen gesprek. Hij vond het erg leuk om iemand van de Dutch Railways te ontmoeten. We spraken uitgebreid over onze mooie spoorgeschiedenis, bovendien toonde mij mooie schaalmodellen van oude locomotieven en een mooi boek over de Oriënt Express. Tevens liet hij mij de V.I.P lounge zien, één uit vervlogen tijden maar de moeite waard. We wisselden kaartjes uit waarna ik weer richting hotel liep. Wat ben ik nu vergeten te vertellen; dat ik de afgelopen week drukdoende ben geweest met het officiële bezoek van de Minister van Transport uit Turkije Binari Yildirim aan ons bedrijf en zijn kennismaking met onze directie. Jammer maar ik ben er niet voor terug gegaan. Terug in het hotel besloten we in het restaurant iets te gaan eten. We hadden niet gereserveerd dus geen plek. Maar we konden wel bestellen en het op de kamer opeten. Dus een ober kwam bij ons op de kamer de bestelling opnemen. Trudie had niet veel zin maar ik des temeer. Na 20 minuten werd het eten geserveerd. Heerlijk zo met z’n tweeën op de kamer, wat een service van dit hotel want veelal is er natuurlijk in een hotel roomservice echter deze is vaak beperkt tot een kleine kaart.

Dag 6 en 7
Trudie was vanaf gisteren al niet lekker. Ze voelt zich beroert en had een onrustige nacht. Dus vandaag alleen aan het ontbijt en ook alleen op pad. De Aya Sophia Moskee, nu een museum, en het archeologisch museum staan gepland. Rond 10.30 uur verliet ik het hotel. Het weer was regenachtig maar de temperatuur goed. Eerst naar de Aya Sophia, daar aangekomen stond er een rij van hier tot ….. Dus dan maar eerst het Archeologisch museum. Het museum behoort tot de grootste ter wereld. Het was niet mijn bedoeling om hier de hele dag te blijven maar achteraf heb ik hier toch een aantal uren vertoeft. Het museum herbergt een enorme schat aan waardevolle archeologische bezittingen, mummies, sarcofagen, beelden en allerlei gebruiksvoorwerpen etc, etc. Je kunt er eindeloos ronddwalen en je verbazen. De Trojaanse, Armeense, Ottomaanse, Byzantijnse en vele andere tijden geven een goed beeld van de historie in deze omgeving. Ook de geschiedenis en ontwikkeling van Istanboel (ook wel tweede Rome genoemd) wordt uitgebreid belicht. Het maakte op mij een grote indruk. Maar goed de middag is zo voorbij dus op naar de Aya Sophia, de grootste moskee echter inmiddels een museum. Ook dit was een ervaring die ik niet had willen missen en het is jammer dat ik dit niet kan delen met Trudie. In de moskee vindt je nog veel invloeden terug uit de Byzantijnse overheersing toen het nog een kerk was. Er is veel aangepast in de kerk om hem de uitstraling van een moskee te geven. Heel indrukwekkend is de hoogte van de koepel die alle andere moskeen in het niet doet vallen. Sommige dingen zijn niet te beschrijven dat moet jezelf ervaren en dat geldt ook voor dit gebouw. Ik wilde nog enkele souvenirs kopen en ging dus op weg en kwam uiteindelijk terecht bij de Grote Bazaar maar daar ben ik snel weer weg gegaan. De drukte benauwde mij. Uiteindelijk ben ik in een winkeltje naast het hotel geslaagd. Snel terug naar het hotel, Trudie haar toestand was iets verbeterd maar ze voelde zich nog erg moe. Ik heb zelf nog lekker gegeten in het hotel. De avond hebben we verder op de kamer doorgebracht. De volgende dag was Trudie na het innemen van aan aantal paracetamols weer wat opgeknapt. Het openbaar vervoer bracht ons in hoog tempo naar het vliegveld. Het inchecken neemt erg veel tijd in beslag dus neem ruimschoots de tijd. Na een voorspoedige vlucht met overstap in Zürich waren we om 19.30 uur op Schiphol. Daniëlle haalde ons op zodat we om 20.30u weer thuis waren. Een leuke week in de mooie stad.