Het heeft even geduurd maar het is zover; vakantie. Na een nogal hectische week en dag gisteren zit ik nu op Milaan Airport het begin van ons reisverslag te typen. De laatste dag voor je vakantie loopt altijd anders dan je denkt gepland te hebben achteraf altijd leuk. De ochtend relaxt begonnen, even over de boekenmarkt in Heemskerk en wat laatste boodschappen. Een kop koffie bij Roderick en Sophie en rond het middag uur kwamen Daniëlle en Marcel samen met onze kleine prinses Puck langs. Kleine Puck stoeit met de komst van haar boventandjes, is wat hangerig en heeft koorts, dat hoort er allemaal bij. Vervolgens de koffers gepakt en een laatste rukje door het huis. We zitten op het ogenblik zonder huishoudelijke hulp dus zelf maar even de poetsdoek ter hand nemen. Rond zes uur kwam Sophie waarmee we samen de laatste restjes uit de koelkast hebben opgegeten. Tuin gesproeid en rond negenen waren we klaar. Het was een mooie dag geweest die menig zweetdruppel liet lopen dus een heerlijk ontspannen bad was de kers op de pudding.
Om 5.00 uur liep de wekker af. Marcel bracht ons om 5.30 uur naar Schiphol. Ik had thuis al ingecheckt dus de koffers afgeven en vervolgens nog even ontbijten. Gezien de korte nacht waren we erg moe. Na een ontspannen vlucht met KLM landden we om 09.30 uur op Milaan. Hier moesten we overstappen voor de vervolg vlucht naar Napels. Om 12.05 uur vlogen we door en rond 13.00 uur kwam de Vesuvius in beeld dus Napels, here we are. Een korte busrit, á 3 euro pp, ja we zijn openbaar vervoer reizigers, bracht ons in 15 minuten naar het station, vanwaar het Best Western Hotel Plaza nog 5 minuten lopen was.
Na een snelle, vriendelijke check in kregen we een kamer op de 4e etage. Niet groot maar wel netjes en voorzien van alle gemakken. Overigens hebben we goede ervaringen met Best Western hotels.
Nadat we de koffers aan de kant gezet hadden gingen we op zoek naar een terras. Het is 27 graden dus iets warmer dan in Holland, de overgang is groot. De stationsomgeving waar ook het hotel zich bevindt oogt niet echt als een uitnodigende omgeving. Nu geldt dit overigens voor veel stationsomgevingen in grote steden en bovendien zitten we midden in het centrum en dus; de bezienswaardigheden.
De omgeving is multiculti maar de Afrikanen hebben de overhand. Veel marktkraampjes waar allerhande rotzooi wordt verkocht. Een gezellige drukte en dan is het nog maar zondag. We voelen ons op het gemak maar het blijft uitkijken want zakken rollers zijn altijd waakzaam over andermans spullen. Dit geldt natuurlijk niet alleen voor Napels, laat ik daar duidelijk over zijn. Ook hebben we het station met een bezoekje vereerd om ons te oriënteren op de plek waar we over vier dagen de huurauto ophalen. Ik zeg maar; regeren is vooruitzien. Na het nuttigen van een frisje en een lekker koekje terug naar het hotel. Toch een beetje verreisd en moe dus voordat we gaan eten heerlijk effe ontspannen op de kamer. Trudie ligt al helemaal ontspannen want terwijl ik dit type is ze al in diepe rust.
By the way:
Onze kamer ligt aan een drukke doorgaande straat maar we hebben er geen last van gezien de optimale isolatie van de kamer met een Frans balkonnetje. De straten waren vandaag erg smerig met veel zwerfvuil. De stad wordt ‘s nachts gereinigd en dat heb ik vannacht eens gade geslagen wat leuk is om te zien.

Dag 2
Lang zal ze leven, lang zal ze leven, vandaag wordt Trudie 51. Haar verjaardag in Italië,dat is toch weer een andere beleving. Maar goed we komen de dag wel op gepaste wijze door. Na het ontbijt, uitgebreid voor Italiaanse begrippen, togen we naar centro historico waar we een wandelroute zouden doen die ons langs de highlights zou leiden. Napels heeft veel historie en veel verschillende invloeden gekend. In het centrum komt de geschiedenis en de architectuur tot leven. Er zijn veel kerken, de één nog bijzonderder dan de ander. Veel staan er op de wereld erfgoedlijst. Verrassen is dat een gevel niets zegt over wat er achter zit, kom je echter binnen dan ontluikt zich een andere wereld. Enorme ruimtes met kleine kapelletjes, zalen met mooie wandschilderingen (fresco’s) en serene rust en koelte. Een aantal bijzonder kerken zijn de Gesú Nuovo, de San Domenico Maggiore en de Duomo. Overigens zijn ook nog in een aantal andere kerken geweest echter je moet oppassen voor overkill. In de Duomo was een huwelijksinzegening waar we even van konden genieten.
Het centrum is een aaneenschakeling van smalle straatjes waar je ogen in je achterhoofd moet hebben, want auto’s en scooters rijden met grote snelheid langs je heen. Een groot deel van het centrum is gelukkig autovrij. De straten zijn zo smal dat de zon er het nakijken heeft. Zoals in de boekjes beschreven is het erg pittoresk, wasgoed aan de balkons en mooie bloeiende planten en temperamentvolle bewoners, bovendien is het er heerlijk om te lopen gezien de temperatuur.
We dronken koffie met een stuk taart ter ere van de verjaardag van Trudie, ze stapte even van het dieet af en dat mag natuurlijk. Ook genoten we van een grote vrachtauto die in een straat, met aan beide zijden geparkeerde auto’s, parkeerverboden heeft men lak aan,met millimeter werk langs de auto’s reed geëscorteerd door enkele bouwvakker die de geparkeerde auto’s die in de weg stonden deels optilden en opzij schoven. We hebben ons rot gelachen, maar een buitengewoon goede chauffeur die een pluim verdiend voor zijn uitmuntende stuurmanskunst.
Rond 16.00 uur waren we effe terug op de kamer om de benen even te ontzien en te aperitieven.
Om zes uur weer op weg, richting de haven. We willen nog naar het eiland Procida, dit is minder toeristisch dan Capri. Op onze tocht langs de haven vertrok er net een gigantisch cruiseschip en lagen er nog een aantal. Het is een prachtig gezicht om dit enorme gevaarte weg te zien varen. We besloten om op niet al te lange termijn het cruiseconcept ook maar eens uit te proberen. De Griekse eilanden lijken ons wel wat. De informatie die we moesten hebben konden we niet krijgen omdat alles al gesloten was. Dan vanavond maar vragen in het hotel. Het verkeer hier is een enorme warboel. Dit wisten we al van Palermo waar we een aantal jaren terug al zelf gereden hadden maar hier is het ook een heksenketel nog temeer omdat Napels, net als veel andere grote steden, één grote bouwput is vwb. de infrastructuur. In Italië geldt altijd het recht van de sterkste in het verkeer en in een stad met meer dan drie miljoen inwoners kun je wel raden naar dat gedrag. Sterker nog als er brand is of een ongeval verwacht dan maar niet dat de hulptroepen zoals hier in Nederland binnen een afgesproken tijd op de plek des onheil zijn want ondanks de sirene,ze staan gewoon letterlijk vast en niemand zal ook maar een haarbreedte opzij gaan. Verkeersregels zijn er maar op het zebrapad met verkeerslichten rijden ze je nog ondersteboven. Al toeterend baant men zich een weg door het kleinste gaatje en van een tweebaansweg in één richting gaat men met zes auto’s door de bocht. Dan maar op zoek naar een restaurant en die zijn er genoeg maar die ene die in onze reisgids staat en wordt aanbevolen om zijn streekgerechten waar zit die nu. Een digitale routeplanner hebben we niet nodig, nee dat is Trudie, een uitmuntende kaartlezer en gids die je op de juiste plek brengt. Een gezellig restaurant La Cantina di Masaniello in de Via Donnalbina 28; Een aanrader.
Trudie heeft hier een heerlijk verjaardag vismenu gegeten. De vis werd door de ober/eigenaar na opdienen voor Trudie geheel gefileerd en het was delisiozo. Zelf had ik pasta met mosselen, krab en andere zeedieren en dit smaakte ook heerlijk. Terug naar het hotel blijven we ons verwonderen over het vele zwerfvuil op straat en alle rotzooi op de stoep. Eerlijk is eerlijk, om te vermelden dat Napels een smerige stad is ondanks dat de reiniging er alles aan doet om er nog wat van te maken. Het ligt grotendeel aan haar inwoners die alles gewoon op straat gooien. Wij hebben al heel wat grote steden in Europa en daar buiten gezien maar zo smerig als dat het hier is hebben wij nog niet eerder meegemaakt. Om 22.00 uur weer in het hotel en hier maar even geïnformeerd hoe we naar het eiland Procida kunnen. Dit werd ons haarfijn uitgelegd zodat we overmorgen buitengaats gaan.

Heerlijk geslapen en om 9.00 aan het ontbijt. Allereerst elkaar gefeliciteerd met de verjaardag van Marcel die vandaag zijn verjaardag viert. Het ontbijt is op het dakterras van waaruit je een mooi zicht hebt over de omgeving. Om 9.45 uur maar weer in de kuierlatten. Trudie had weer een mooie route uitgestippeld. Vanaf het station, wat op ongeveer tweehonderd mtr. vanaf het hotel ligt met de metro, ja Napels heeft vijf metrolijnen en dat is zeer betrouwbaar qua tijd. Geen hinder van het overige verkeer. De metrolijn die wij namen is eigenlijk niet een echte metro, het is meer een trein. Geen gelijkvloerse instap en snelheid, ho maar. Maar goed voor 3,10 euro heb je een dagkaart voor al het openbaar vervoer, inclusief de kabeltrein en dat is niet duur. Onze eerste bestemming was metrohalte Motesanto. Van hier met een kabeltreintje, Funicolare Montesanto omhoog naar de bovenstad Vomero. Hier bevinden zich het kasteel Sant Elmo en het grote kartuizer klooster Certosa di San Martino. Het kasteel is al eeuwen oud en door de Spanjaarden in de 16e eeuw herbouwd. Wetenswaardig is om op te merken, dat de Duitsers het wilde opblazen in 1943, dit werd echter voorkomen door een volksopstand. Het klooster dateert uit de 14e eeuw en is gesticht door het huis van Anjou en in de 16e en 17e eeuw ingrijpend verbouwd. Het kasteel was jammer genoeg niet toegankelijk echter het klooster wel waar tegenwoordig het museum San Martino in huist. Toegang 6 euro maar dat is het meer dan waard.
Omdat het hoog boven de stad uittoornt is het uitzicht op Napels fenomenaal en kun je alle delen van de stad goed zien. De kloosterkerk is barok ingericht dus daar kun je, je wel wat bij voorstellen. Houtsnijwerk, schilderijen en fresco’s op muren en plafonds is adembenemend. Ook de kloosterzalen zijn mooi om te zien, veel decoratieve kunst. In het museum is bevindt zich ook een afdeling met mooie houten schepen, scheepsmodellen en een tweetal enorme koetsen, blij dat ik geen paard ben, een afdeling met Napolitaanse kerststallen met terracotta beeldjes. Zo mooi hebben wij kerststallen nog niet gezien. Er is één grote kerststal de Cucciniello uit het eind van de 19e eeuw. Een gigantisch bouwwerk waar je uren naar kunt kijken, maar onze tijd is beperkt. Wandelend door de tuinen die rondom liggen heb je een adembenemend uitzicht waar we dan ook met volle teugen van genoten en diverse foto’s hebben geschoten. Maar zoals altijd we moeten door. Het is erg warm vandaag, rond de dertig graden. Onze volgende bestemming was Villa Floridiana. Een pittoreske villa in neoklassieke stijl waarin het keramiek museum is gevestigd. Een korte wandeling bracht ons bij het mooie park. De wijk Vomera kent een zee van rust. Weg uit de drukte van het centrum.
Helaas was het museum gesloten. Achteraf wisten we dat omdat we vandaag eerst naar Procida zouden gaan echter dat staat voor morgen op de agenda. Dan maar heerlijk in het park siësta houden net als vele Napolitanen die ook op dit idee waren gekomen. Een heerlijk plekje in de schaduw en effe de ogen dicht. Niet te lang anders kom je niet meer op gang. Met de funicolare Centrale, kabeltrein, er zijn er hier drie weer afzakken naar beneden voor een bezoek aan Galleria Umberto I. Een prachtige galerij geopend in 1890. De galerij geeft onderdak aan enkele mooie winkels. Het dak, een smeedijzeren koepel is erg mooi. Er zijn vier ingangen die leiden naar een centraal gedeelte. Zeg maar vier enorme gangen waarboven ook weer een glazen constructie in smeedijzer zit. Eén van de uitgangen komt uit op de Via Toledo, zeg maar de PC Hoofdstraat van Napels. We lieten ons hier verwennen en verleiden op een heerlijke gelato (ijsje). Wat hier wel opviel was dat de straten schoon zijn, dat waren we wel anders gewend. Rond vijven keerden we weer terug naar het hotel om ons op te knappen voor het avondeten en even te rusten. Rond zevenen de buurt rond het hotel verkent. We kwamen terecht op een markt die al aan het opbreken was. Jammer. Wel veel winkels. Wat wel opvalt hier is dat er geen grote warenhuizen zijn en wat nog meer opvalt, is dat we tot nu toe nog geen fiets gezien hebben. We hebben gegeten t.o. het hotel in Restaurant Principe Umberto. Wederom heerlijk gegeten. Trudie had zwaardvis met een overheerlijke salade en ik had pasta pesto en een heerlijke bistecca. Een goed restaurant tegen een billijke prijs. Overigens liggen de prijzen iets onder de Nederlandse prijzen. Italië is sinds de komst van de euro de laatste jaren ook erg prijzig geworden. Om 23.00 uur slapen want morgen gaan we naar het eiland Procida.
Dag 4
Vannacht slecht geslapen. De ervaringen malen door ons hoofd en Trudie heeft veel last van haar benen. We besloten dus om vandaag uit te slapen en rustig aan te doen. Dus een bezoek aan het eiland Procida schrapten we van de lijst, …….dachten we; maar dat voor later. Eerst rustig ontbijten en daarna maar zien we wel wat we gaan doen. De hele dag op de hotelkamer is ook geen optie. Wat we wel geleerd hebben is om na een hectische werkperiode de vakantie rustiger te beginnen en een bezoek aan een grote stad aan het eind van de vakantie te plannen. Napels is een onrustige stad, waar jezelf ook onrustig van wordt, ontzettend veel getoeter waar je gek van wordt. De Napolitaan heeft in de auto twee vrienden, het gaspedaal en de toeter. Affijn na het ontbijt zei Trudie dat we de metro zouden pakken naar Pozzuoli. Een voor stadje van Napels direct aan het strand. Dus uitrusten wat een genot. Allereerst namen we de verkeerde metrolijn, het metronetwerk is erg onoverzichtelijk en overstappen van de ene op de andere al niet veel beter. Misschien komt dit ook wel door de vermoeidheid, je moet dus goed opletten. Uiteindelijk kwamen we aan in het gezellige plaatsje met een pittoreske haven. Trudie had op de hotelkamer al gezien dat hier ook ferry’s naar Procida vertrokken echter het was al rond het middaguur dus of er nog boten gingen was maar de vraag. Eerst maar koffie en toen deed ze het voorstel om eventueel toch naar Procida te gaan. Ik vond het toch wel een goed voorstel dus informeren. Het kantoor van Caremar voor de kaartverkoop was snel gevonden. Er zou een boot gaan om 13.50u dit was de kans want nog later had geen zin. De overtocht duurt ca. 30 minuten. We besloten om te gaan. We konden alleen een enkele reis kopen en aan de overkant de retour ticket. Je hebt dan nog keuze om gebruik te maken van een andere maatschappij, een snelboot en eventueel een andere bestemming dan vanwaar je vertrekt. Dat is wel zo handig merkten we later die middag. De kosten zijn 6.10 euro per kaartje. Het was een grote ferry waar ook auto’s op gaan. Het eiland meet 4 km2 dus niet groot. We moesten echter wachten tot 13.30 uur voor we konden inschepen. We hebben de tijd heerlijk op de kade gezeten en naar de gezellige drukte op de kade gekeken want er vertrokken van hier meer boten naar andere eilanden.
Om 13.30u gingen we aan boord, broodjes en wat te drinken gekocht en heerlijk genieten van een korte doch ontspannen en schitterende boottocht die voor een groot deel langs de Amalfikust gaat. Rond 14.30u kwamen we aan. Ontschepen en kijken hoe laat er een boot terug ging en op zoek naar een bus. Er stonden wel allemaal taxi’s waarvan twee tuk tuk’s en dat leek ons wel wat. Enig informeren leerde dat de taxi’s vertrekken op hun beurt en de tuk tuk nog lang niet aan de beurt was. We hadden geen zin in een busje dus dan maar niet. Het haventje was erg leuk en een kleine wandeling naar het centrum kon er wel af. We waren nog geen 100 mtr. van de taxistandplaats toen een tuk tuk ons passeerde en stopte. De bestuurder een klein gedrongen Italiaantje Peppino geheten gaf aan dat hij lak had aan de rest en ons voor 30 euro een rondrit over het eiland wilde geven. Dat was een deal waar we geen spijt van kregen. Hij reed ons door allerlei smalle straatjes waar geen taxi doorheen kon, laat staan een bus naar het eerste uitkijkpunt. Eerst dacht hij dat we Duitsers waren maar daar vergiste hij zich lelijk in, nee wij waren Olandese. Hij sprak honderd uit in Engels en Duits, dat hij in Rotterdam was geweest. Hij had gevaren en veel gezien. Hij heeft nu een klein taxibedrijfje, is hier geboren en woont hier samen met de hele familie op dit piepkleine vulkaan eilandje. De andere punten waar hij ons bracht waren geweldig, uit en doorkijkjes en natuurlijk ook effe naar het strand waar Trudie het water even aan de voeten voelde en we even aan de inwendige mens dachten. Het was een hele plezierige en onverwachtse rit. Dus goede tip: bij aankomst op Procida, kijk uit naar Microtaxi nummer 5 Peppino. Na terugkomst bij de standplaats gaf hij ons nog enkele tips. Wij zijn nog even naar het centrum gelopen en naar de vissershaven. Het eilandje heeft twee kleine plaatsjes en is een bezoek meer dan waard. Het is wel erg bergachtig dus lopen kan erg vermoeiend zijn en dat wilden wij deze dag nu voorkomen. We hadden het wel gezien dus in de haven informeren hoe laat de volgende boot terugging. Toen we bij het loket stonden kwam er een grote draagvleugelboot binnen. Deze ging terug naar Napels centrum de aanlegsteiger Molo Beverolo. Dit is in Napels ook de plek vanwaar de boten naar de eilanden vertrekken, Capri, Ischia en andere eilanden. We hoefden dus niet terug naar het stadje Pozzuoli. De terugreis was wel duurder gezien het type boot en de afstand die verder was (13.70 euro pp) maar het scheelt een metrorit van 45 minuten met diverse overstaps. Bij terugkomst in Napels de bus gepakt naar het hotel. We hadden geen zin om uitgebreid te tafelen dus we kwamen voor bij een Mac. Deze heeft ook salades en die doen wonderen. Al met al een geweldige ontspannen dag. Morgen beginnen we aan onze rondreis. Als we eerst Napels maar uit zijn met de auto.

Dag 4
Vannacht slecht geslapen. De ervaringen malen door ons hoofd en Trudie heeft veel last van haar benen. We besloten dus om vandaag uit te slapen en rustig aan te doen. Dus een bezoek aan het eiland Procida schrapten we van de lijst, …….dachten we; maar dat voor later. Eerst rustig ontbijten en daarna maar zien we wel wat we gaan doen. De hele dag op de hotelkamer is ook geen optie. Wat we wel geleerd hebben is om na een hectische werkperiode de vakantie rustiger te beginnen en een bezoek aan een grote stad aan het eind van de vakantie te plannen. Napels is een onrustige stad, waar jezelf ook onrustig van wordt, ontzettend veel getoeter waar je gek van wordt. De Napolitaan heeft in de auto twee vrienden, het gaspedaal en de toeter. Affijn na het ontbijt zei Trudie dat we de metro zouden pakken naar Pozzuoli. Een voor stadje van Napels direct aan het strand. Dus uitrusten wat een genot. Allereerst namen we de verkeerde metrolijn, het metronetwerk is erg onoverzichtelijk en overstappen van de ene op de andere al niet veel beter. Misschien komt dit ook wel door de vermoeidheid, je moet dus goed opletten. Uiteindelijk kwamen we aan in het gezellige plaatsje met een pittoreske haven. Trudie had op de hotelkamer al gezien dat hier ook ferry’s naar Procida vertrokken echter het was al rond het middaguur dus of er nog boten gingen was maar de vraag. Eerst maar koffie en toen deed ze het voorstel om eventueel toch naar Procida te gaan. Ik vond het toch wel een goed voorstel dus informeren. Het kantoor van Caremar voor de kaartverkoop was snel gevonden. Er zou een boot gaan om 13.50u dit was de kans want nog later had geen zin. De overtocht duurt ca. 30 minuten. We besloten om te gaan. We konden alleen een enkele reis kopen en aan de overkant de retour ticket. Je hebt dan nog keuze om gebruik te maken van een andere maatschappij, een snelboot en eventueel een andere bestemming dan vanwaar je vertrekt. Dat is wel zo handig merkten we later die middag. De kosten zijn 6.10 euro per kaartje. Het was een grote ferry waar ook auto’s op gaan. Het eiland meet 4 km2 dus niet groot. We moesten echter wachten tot 13.30 uur voor we konden inschepen. We hebben de tijd heerlijk op de kade gezeten en naar de gezellige drukte op de kade gekeken want er vertrokken van hier meer boten naar andere eilanden.
Om 13.30u gingen we aan boord, broodjes en wat te drinken gekocht en heerlijk genieten van een korte doch ontspannen en schitterende boottocht die voor een groot deel langs de Amalfikust gaat. Rond 14.30u kwamen we aan. Ontschepen en kijken hoe laat er een boot terug ging en op zoek naar een bus. Er stonden wel allemaal taxi’s waarvan twee tuk tuk’s en dat leek ons wel wat. Enig informeren leerde dat de taxi’s vertrekken op hun beurt en de tuk tuk nog lang niet aan de beurt was. We hadden geen zin in een busje dus dan maar niet. Het haventje was erg leuk en een kleine wandeling naar het centrum kon er wel af. We waren nog geen 100 mtr. van de taxistandplaats toen een tuk tuk ons passeerde en stopte. De bestuurder een klein gedrongen Italiaantje Peppino geheten gaf aan dat hij lak had aan de rest en ons voor 30 euro een rondrit over het eiland wilde geven. Dat was een deal waar we geen spijt van kregen. Hij reed ons door allerlei smalle straatjes waar geen taxi doorheen kon, laat staan een bus naar het eerste uitkijkpunt. Eerst dacht hij dat we Duitsers waren maar daar vergiste hij zich lelijk in, nee wij waren Olandese. Hij sprak honderd uit in Engels en Duits, dat hij in Rotterdam was geweest. Hij had gevaren en veel gezien. Hij heeft nu een klein taxibedrijfje, is hier geboren en woont hier samen met de hele familie op dit piepkleine vulkaan eilandje. De andere punten waar hij ons bracht waren geweldig, uit en doorkijkjes en natuurlijk ook effe naar het strand waar Trudie het water even aan de voeten voelde en we even aan de inwendige mens dachten. Het was een hele plezierige en onverwachtse rit. Dus goede tip: bij aankomst op Procida, kijk uit naar Microtaxi nummer 5 Peppino. Na terugkomst bij de standplaats gaf hij ons nog enkele tips. Wij zijn nog even naar het centrum gelopen en naar de vissershaven. Het eilandje heeft twee kleine plaatsjes en is een bezoek meer dan waard. Het is wel erg bergachtig dus lopen kan erg vermoeiend zijn en dat wilden wij deze dag nu voorkomen. We hadden het wel gezien dus in de haven informeren hoe laat de volgende boot terugging. Toen we bij het loket stonden kwam er een grote draagvleugelboot binnen. Deze ging terug naar Napels centrum de aanlegsteiger Molo Beverolo. Dit is in Napels ook de plek vanwaar de boten naar de eilanden vertrekken, Capri, Ischia en andere eilanden. We hoefden dus niet terug naar het stadje Pozzuoli. De terugreis was wel duurder gezien het type boot en de afstand die verder was (13.70 euro pp) maar het scheelt een metrorit van 45 minuten met diverse overstaps. Bij terugkomst in Napels de bus gepakt naar het hotel. We hadden geen zin om uitgebreid te tafelen dus we kwamen voor bij een Mac. Deze heeft ook salades en die doen wonderen. Al met al een geweldige ontspannen dag. Morgen beginnen we aan onze rondreis. Als we eerst Napels maar uit zijn met de auto.

Dag 5
Onze rondreis gaat beginnen. Na het ontbijt naar het station, om de auto op te halen. Het verhuur bedrijf Maggiore kennen we van eerdere keren dat we een auto hadden gehuurd. We hebben de auto via Sunny Cars gehuurd. All-in dat geeft verder geen zorgen. We kregen een Fiat Bravo die drie dagen oud was dus een splinter nieuwe auto. Groot voordeel was dat onze koffers volledig achterin paste, dit is niet altijd het geval gezien de afwijkende maten van onze koffers. De volgende hindernis moest worden genomen de weg naar de snelweg en zo snel mogelijk weg uit de drukte. De routeplanner had eerst wat moeite maar vond al snel de juiste weg, echter Trudie wilde via een andere weg dus eerst de kaart maar op schoot. Dit ging ook prima, een aantal jaren geleden waren we niet anders gewend. Via de autostrada, tolweg reden we via Salerno, Éboli naar Potenza. Onderweg een aantal keren koffie en  de benen strekken. Het plaatsje ligt op een hoogte van ca. 1080 mtr in de bergen. We hadden het zo gevonden. De agriturismo La Fosteria di San Leo ligt in een prachtig gebied ver weg van de bewoonde wereld. Het is een oude kluizenaarswoning. We werden vriendelijk ontvangen, door de eigenaresse Andreana, met koffie en cake. Dat is altijd een leuke gastvrije binnenkomer. De bazin spreekt vloeiend Frans, met mijn Italiaans en beetje Frans hadden we toch een aardige conversatie. Het is hier heerlijk ontspannen, een leuke kamer grenzend aan een mooie veranda en uitzicht op de hoge bergen en heuvels. Allereerst even naar het dorp voor water en wat drankjes, ca. 10 km. rijden. Na terugkomst heerlijk gezwommen in het zwembad en vervolgens plannen gemaakt voor morgen. We eten hier op de agriturismo en dat is maar goed ook want het is vroeg donker en de binnenwegen zijn slecht begaanbaar in deze streek. Om 20.00 uur schoven we aan het diner. We werden in de lounge ontvangen door Pepito de eigenaar. Het was er erg romantisch, met kaarsjes en hij had wierook staafjes branden en heerlijke muziek. Hij nodigde ons uit om aan tafel te gaan. De eetzaal was een voormalige schuur omgebouwd tot een romantische ruimte. Grote wanden van zandsteen met een gewelfd dak en bijzondere verlichting. Het eten was in één woord geweldig. Het voorgerecht (primi) bestond uit kleine gerechtjes uit de streek, broschiutto met tomaat, een hartige taart met ricotta (schapenkaas) en heerlijke salami, de tweede gang was gevulde Ravioli (vulling schapenkaas)in tomatensaus, en het hoofdgerecht was voor Fred lam en Trudie kipfilet volgens Italiaans recept en salade. Om je vingers bij op te eten. Trudie lust geen schapenkaas dus ook dat heb ik opgegeten, hoop er geen last van te krijgen. Als dessert stonden er aardbeien op het program en een heerlijke cappuccino. Er waren nog twee Engelse gasten waar we mee kennismaakten en een erg leuk en geanimeerd gesprek hadden. Na het wensen van de buona notte (goede nacht) liepen wij nog een klein eindje om. Het uitzicht op de verlichte bergdorpjes is leuk en wat nog leuker is zijn de vuurvliegjes die hier in grote aantallen aanwezig zijn en een feeëriek beeld geven. Om 22.00 uur lagen we in bed.

Dag 6
Kwam slecht in slaap. Had toch teveel gegeten. Het vele schapenkaas liet me bijna blaten. Ben uiteindelijk toch in slaap gevallen. Trudie heeft wel goed geslapen maar werd van mijn onrust wakker. Ik werd vanmorgen wakker met een vervelend gevoel in de buik maar dat ging in de loop van de dag over. Om 08.00 uur zaten we aan het ontbijt. Italiaans maar we waren wel anders gewend. Er waren vleeswaren, kaas, ook schapenkaas, maar daar had ik m’n buik al van vol en zoetigheid, brood en beschuit. Voldoende om even lekker te ontbijten. Vervolgens werd door Andreana gevraagd wat we voor het avondeten wilde hebben. In ieder geval geen kaas in wat voor vorm dan ook. We wachten af. Rond 8.45 uur stapten we in de auto voor een bezoek aan Matera. Een stadje op ca 80 km hier vandaan wat op de Unesco Wereld Erfgoedlijst staat. Volgens de geschiedenis is dit na Petra in Jordanië, de tweede stad op aarde waar vanaf het stenen tijdperk tot nu toe mensen gezamenlijk wonen in wat voor vorm dan ook. De eerste woningen waren holwoningen, I Sassi genoemd. In de 8e eeuw vestigden zich hier ook monniken en werden er in de rotsen kapelletjes gebouwd en kloosterruimten versiert met fresco’s. Er zijn 130 rotskerken. In de negentiende en twintigste eeuw raakten de Sassi in verval. Er waren complete doolhoven met ontelbare smalle straatjes en trappen op verschillende niveaus ontstaan. De daken van de huizen deden dienst als straat. Door een malaria epidemie vanwege de overbevolking moesten kregen 15 tot 20.000 mensen in Matera een nieuw onderkomen echter vanaf de jaren 80 uit de vorige eeuw zijn de ISassi opnieuw bewoonbaar. Er wonen nu zo’n 2000 mensen. De oude stad is een bezoek meer dan waard. Ook een bezoek aan de echte holwoningen was bijzonder van hieruit had je een fenomenaal uitzicht op de rest van Matera. De stad is gebouwd tegen een bergrug, met een enorm diep dal. Ook zijn er enkele speelfilms opgenomen waaronder de Passion of Christ. Rond twee uur verlieten we de stad ook vanwege de enorme hitte, het was 37 graden en dat is wel effe wennen. Vanaf Matera zijn we binnendoor over de via Appia (SP1) teruggereden naar de agriturismo. Het was een prachtige route via allerlei kleine dorpjes, Grotolle, Grassano, Tricarico,  sommige op een hoogte van 1100 mtr. Zodat je schitterende vergezichten had. De weg was soms moeilijk begaanbaar omdat door de vele regenval, afgelopen winter complete stukken uit de weg waren weggezakt en je over een smal stuk wat er nog lag de weg moest vervolgen. Je ziet de vele dorpen liggen maar goed oriënteren is er niet bij. De vele haarspeld bochten, afwisselende grote hoogten, ruige bergen en glooiende heuvels waren spectaculair, wat dit gebied eer aan doet. Ook dit deel van Italië, de Basilicata heeft weer een eigen gezicht. Rond 17.30 uur waren we terug, snel de zwemkleding aan om een heerlijke duik in het zwembad te nemen en vervolgens om 20.00 uur aan te schuiven voor het avondeten.
Daniëlle, Marcel en Puck zijn ook aangekomen in Italië, zij zitten in Toscane bij Livorno.
Om 20.00 uur schoven we aan voor het (pranzo) diner. Wederom heel romantisch. De eigenaar en eigenaresse doen er alles aan om het je naar de zin te maken. De antipasti (voorgerecht) bestond uit bruchetta met tomaat, dun gesneden salami en gesneden kalebas te samen gebakken met geruld ei. Dit was een ware delicatesse. De primi (eerste gerecht); voor Trudie romige kikker erwtensoep, welke ze heerlijk vond en voor mij de oer-Italiaanse pasta met tomatensaus. De secondo (hoofdgerecht) bestond uit grote gegrilde plakken aubergine afgedekt met tomaten en kruiden. Dit was een delicatesse. Het dessert bestond uit verse aardbeien. De mama die in de keuken staat van deze agriturismo maakt er een waar feest van. Toen we naar onze kamer liepen wilde Fred nog even in een hangmat gaan liggen. Hij ging verkeerd zitten en kukelde er aan de andere kant weer uit. Dat was au op de stenen. Een halve liter wijn is misschien toch teveel. Wat is het hier toch heerlijk, geen vliegtuig lawaai, autolawaai etc. maar alleen de krekels, de heldere hemel en niet te vergeten de vuurvliegjes.

Dag 7
De dag begon weer om 7.30 uur want om 8.00 uur staat het ontbijt gereed. Direct na het ontbijt reden we naar Potenza, naar achteraf bleek een stad zonder potentie. De stad ligt hier 18 km vandaan dus dat was een korte rit. Aangekomen was het zoeken naar een parkeerplaats die we niet konden vinden. De blauwe kaart parkeren was een uur maar wil je een stad bezoeken dan is een uur niet genoeg en moet je weer terug naar je auto om de schijf te verplaatsen. Een privé parkeerplaats was een optie maar die vroeg 3 euro per uur. De stad moet dan heel wat bieden hebben wil je dat ervoor over hebben. In ons boek stond niets over Potenza beschreven terwijl de kleinste plaatsjes die we in middels bezocht hebben genoemd worden, dus slaan we deze stad maar over. Wel opzoek naar een supermarkt voor water en wat ander lekkers want morgen is het zondag en dan zijn de winkels dicht hier in het zuiden. Trudie had een mooie route uitgestippeld dor de bergen. Startende bij Anzi op 1000 meter en rijdend over de SS92. De dorpen liggen als het ware tegen de berg aangeplakt, soms ben je op zoek je komt de bocht van de berg om en heel verrassend kijk je zo tegen een ansichtkaart. Van Anzi reden we naar Laurenzana. Vanhier reden we over een schitterende bergpas naar Castelmezzano op 1100 meter. Een plaatsje wat je in de verste verten niet ziet maar ineens is het er ingeklemd tussen een ruige bergketen. Deze dorpen zijn onaangetast en het is of je zoals ik al eerder zei een ansicht inrijdt. De auto geparkeerd en het dorp ingelopen. De huizen zijn tegen de ruige rots aangebouwd en het lijkt gewoon of ze hier hangen. Smalle straatjes en een beetje romantiek laten je wegdromen in voorheer. Je kunt hier ook nog iets aardigs ondernemen. Vliegen als een engel heet het. Tussen twee bergen kun je over een afstand van 1500 meter, op een hoogte van 1000 meter van de ene naar de andere kant zweven langs een lange kabel. Je hangt in een soort korset wat dus van de ene naar de andere zijde wordt getrokken. Hier moet je een aantal uren voor uittrekken en dat hadden we niet. Trudie was sowieso niet gegaan. Wat we wel hebben gedaan is naar de bergtop geklommen via een aangelegd pad. Het was snikheet dus een enorme inspanning. Uiteindelijk werd je beloond met een prachtig panorama rondom. Je keek dus als het ware over de berg heen. Het was inmiddels 15.00 uur en we wilde nog wat ontspannen in het zwembad dus maar weer op huis aan. Onder het genot van een drankje zit ik dit te typen in alle rust. Af en toe denk je dat er een bromfiets voorbij komt maar dat zijn enorme voorbij vliegende torren die een vreselijk hard geluid maken. Wat we vanavond eten weten we alwel maar hoe het smaakt, ollala.
Zoals gewoonlijk om 20.00 uur dineren. Vooraf natuurlijk weer de antipasti, de tomaten zijn hier wel zo lekker. De prima bestond uit pasta met een heerlijke gekruide saus met kleine stukjes vlees en de secondi was een lapje kalfsvlees heerlijk gekruid met salade. Alles volgens receptuur uit deze streek. Allemaal weer lekker. Het is toch en komen en gaan van mensen. Vanavond was het weer wat drukker met drie Italiaanse gezinnen. Er is direct contact want één van de vrouwen sprak vloeiend Engels en had in Australië gewerkt. Jullie begrijpen het al. Om 22.00 uur het licht uit.

Dag 8
De laatste dag in de agriturismo. Eigenlijk heel jammer want het was hier geweldig. Na het ontbijt een warm afscheid. De hartelijkheid, gastvrijheid, mooie ligging en overheerlijke eten maken deze agriturismo tot een waar paradijsje. Pepino en Andreana jullie zijn een geweldig multo grazie per ospitalitá. Rond 8.45 uur reden we weg richting Toranto. Het enige nadeel van de Azienda is dat je keer op keer 10 km heen, dan wel terug de berg op moet rijden voordat je op de doorgaande weg zit. Maargoed dat weegt niet op. De grote wegen zijn hier goed en de afstand die we moesten rijden was ca. 140 km. Onderweg lekker koffie gedronken want dat kun je hier erg goed langs de wegen en nog een Griekse Tempel of wat daar van over is bezocht. De Tavole Palatine. Een tempel uit 530 voor Christus, staan nog enkele zuilen. Hieraan kun je zien dat er ook hier veel buitenlandse invloeden zijn. Rond 12.30 uur kwamen we aan in Lido Azzurro. Een klein badplaatsje op 10 km van Teranto. Hier zat ons hotel Best Western Ara Solis. We waren wat aan de vroeg kant om in te checken maar dat bleek geen enkel probleem. Het hotel, heerlijk luxe, ligt direct aan het strand met een heerlijk groot zwembad. Onze kamer heeft balkon met zeezicht voor drie personen dus heerlijk ruim, en last but not least, een heerlijke spa in de badkamer. Weer heel wat anders dan de Agriturismo maar ook dat had veel charme. Het uitzicht op zee is eindeloos en we kunnen wel 40 km langs de kustlijn kijken. Eerst maar heerlijk zwemmen en lunchen, wel een sobere lunch want ik had een heerlijk broodje met salami en kaas gekocht onderweg en Trudie had haar yoghurt met de dieetpoeder, wat een heerlijkheid. Vanavond maar lekker dineren in het hotel. Om 13.30 uur moesten we het zwembad uit voor de siësta. Dus maar naar de kamer door met lezen. Rond 16.00 uur begon het weer te kriebelen om toch nog maar de omgeving te verkennen. Een km of 10 hiervandaan ligt in de heuvels het stadje Massafra. Dwars door de stad loopt een diepe ravijn, geheten Madonna della Scala aan de westkant en San Marco aan de andere kant. In de rotsen zijn een groot aantal kerken uitgehouwen en over een afstand van 4 km is er een weelderige planten groei van meer dan 600 verschillende planten waarvan een groot deel is beschadigd tijdens een enorme overstroming in 2005. We brachten een bezoek aan één van de kerkjes Chiesa Buono Nuovo. We moesten via een aantal trappen afdalen naar een platform waar de kerk stond en kregen in d kerk een Italiaanse rondleiding, zo goed en zo kwaad konden we het wel volgen vervolgens werden we uitgenodigd voor een privé rondleiding in de Mago Gregure, een ravijn met 12 enorme grotten en 300 schuilplaatsen in de ravijnwand. We wisten vooraf niet wat ons te wachten stond, maar wat ons overkwam was weer een enorm avontuur. Vanuit de kerk aan de achterzijde daalden via allerlei steile ongelijkmatige paden af in de kloof, moesten ons door verschillende struiken heen wurmen om de grotten die zijn uitgehouwen in de wand te bewonderen en ook van binnen te bekijken, maar je moest er wat voor overhebben. Het zijn eigenlijk de voorlopers van onze flatgebouwen, kleine rotskamertjes met 7 verdiepingen boven elkaar en te bereiken via allerlei uitgehouwen trapjes. Het was een echte overlevingstocht bij een temperatuur van 32 graden. Hadden we dit vooraf geweten dan hadden we dit niet gedaan maar de gids was ervan overtuigd dat we dit makkelijk aankonden. Sommige vragen zich nog wel eens af maken die Fred en Trudie nog wel eens wat mee? Avontuur genoeg. Na deze tocht mochten we vanaf het startpunt, de kerk, met de lift naar boven, dit was in ieder geval een meevaller want dat scheelde traplopen. Weer terug in het hotel opknappen voor het avondeten, eigenlijk hadden we geen zin meer maar de inwendige mens wil ook wat. Toch lekker gegeten, vooraf spaghetti met mosselen, vervolgens had Trudie zwaardvis en ik had een heerlijke sudderlap met sla en patatjes. Het hotel was buiten sfeervol verlicht met grote kaarsen en fakkels. We hebben nog even na genoten op een grote schommelbank. Trudie ligt nu met pijn in de benen in bed en ik tik nog even snel de laatste regels. Op naar het volgende avontuur.

Dag 9
Vannacht laat in slaap. Werden gepest door menige mug die via onze balkondeur naar binnen waren gevlogen op zoek naar heerlijk vers bloed. Wat een rot beesten. Uiteindelijk rond 2 uur in slaap gevallen nadat ik de laatste mug naar het hiernamaals had geslagen. Toch naar weer vroeg uit de veren. Lekker ontbijtje om 09.00 uur. Het plan was om vandaag naar Taranto te gaan. Een km of 10 hier vandaan. Een drukke stad en een parkeer plaats zoeken is niet makkelijk want overal staan auto’s geparkeerd en zijn er wel open plekjes maar allemaal parkeer verboden. Je weet dus niet waar je nu wel of niet mag staan.  De Italianen hebben daar schijnbaar lak aan. Toch een plek gevonden nabij de oude stad. We wilden naar het Nationaal Archeologisch museum. Ik sprak snel een voorbijganger aan die ons keurig de weg wees. Voor de zekerheid een aantal straten verder ook nog eens gevraagd en een Italiaan fietste, ja hier zie je fietsen in het straatbeeld, ons een eindje vooruit en wees de weg. Bij aankomst moest ik een document tekenen dat ik foto’s mocht maken maar deze alleen zou gebruiken voor particulier gebruik. Het was een groot museum echter een deel was afgesloten vanwege verbouwing. Na een tweetal uur hier te hebben rondgelopen zijn we de stad in gegaan echter op maandag blijkt alles gesloten. Dan maar koffie en terug naar de auto om een strandje op te zoeken. Volgens het reisboekje was het geen interessante stad en dat beamen we. Er zijn er velen veel mooier. Onze route planner ingesteld op een kleine plaats langs de kust echter het grootste deel was rots zodat je ook hier je benen kunt breken. Dan maar terug naar het hotel om daar op het strand te gaan liggen. Eenmaal terug besloten om heerlijk in een ligstoel bij het zwembad te gaan liggen. Vanuit Toscane ontvingen we een leuke Oranjefan  foto van Puck die er samen met de rest helemaal klaar voor was voor de wedstrijd Nederland – Denemarken en uiteindelijk gewonnen was door Nederland met 2-0. Het waait erg op het moment en is benauwd. Maar het blijft zondermeer mooi weer.
Allemaal bedankt voor het tekenen van het gastenboek.

Dag 10
Na het ontbijt vertrokken we richting Alberobello. Een km of 80 oostelijk van waar we nu zitten. De stad en de regio daar, staan bekend om haar Trullis. Dit zijn kleine huisjes met ronde puntdaken. Het doet de naam geen eer aan maar het lijken net kabouterhuisjes. De geschiedenis leert dat de bouw van deze huisjes een vinding is van de graaf van Alberobello dit omdat de koning van Napels een belastingheffing doorvoerde op alle huizen die op het grondgebied van deze graaf werden gebouwd. Omdat hij weigerde te betalen gaf hij opdracht om de huisjes te bouwen zonder fundering en mortel. In geval van controle door het koningshuis konden deze huisjes in korte tijd tot puin worden herleid. De ronde daken waren gemaakt van op elkaar gestapelde platte stenen (tegels). De boeren vonden deze op hun land. Dus enerzijds werd de akker ontdaan van de overbodige stenen en anderzijds dienden de stenen voor de daken. De huisjes in de stad ca. 1400 staan op de Wereld Erfgoedlijst. De meeste Trullis herbergen tegenwoordig souvenirwinkeltjes.
Toch is het wandelen door deze stad met de smalle straatjes en de bijzondere huisjes een attractie op zich. Heel sprookjesachtig en erg leuk. Veel van de huisjes zijn van binnen te bezichtigen maar dat komt vooral omdat het winkeltjes zijn. Deze verkopen van alles wat de verwende toerist maar wil kopen en dus ook wij, deden hier aan mee. Een leuk beschilderd bordje verwisselde van eigenaar en bij een heel vriendelijke zilversmid heeft Trudie een mooi sieraad en oorbellen gekocht. Van de kerk Chiesa di San Antonio is het dak ook in de vorm van een Trullo gebouwd. Heel bijzonder. Ook is er nog een Trullo geheten Sovrano. Deze is de grootste van de stad,heeft 2 verdiepingen, twaalf daken in de vorm van een Trullo. Het is meer dan de moeite waard om hier naar toe te gaan. Vervolgens reden we door de regio en ook hier kom je allemaal van deze leuke bouwsels tegen. De regio is erg afwisselend qua landschap. Heuvels en vlak land wisselen elkaar af. Alles staat in bloei, vooral de orleander, rood en wit het is een pracht.
Vervolgens reden we naar Ostuni. Deze stad kenmerkt zich door leuke smalle witte straatjes en een grote Kathedraal. Bij aankomst om 14.00 uur was deze gesloten. Het was erg warm en we hadden geen zin om tot 16.00 uur te wachten. Lekker ijsje gegeten en terug naar de auto. Trudie wilde een nieuwe bikini dus bij Taranto van de weg af, naar een enorm winkelcentrum. Deze liggen buiten de stad. Ze is niet geslaagd, maar niet getreurd er komen nog wel meer mogelijkheden. Ook onze kleine Puck wordt niet vergeten. Kinderkleding in Italië is het einde. Bij terugkomst in het hotel hebben we nog effe in zee gezwommen. Morgen vertrekken we naar de oostkust naar Manfredonia.

Dag 11
Vandaag op naar Manfredonia aan de oostkust. Een autorit van ca. 210 km. Na het ontbijt uitchecken en snel richting Autostrada. Voor deze grote afstanden lenen deze wegen zich het beste. Over grote afstand zesbaans en weinig verkeer tot Bari. Vanaf Bari werd het drukker met vrachtverkeer omdat veel ferry’s hier aankomen en vertrekken. Van Bari reden we naar Trani en hier verlieten we tolweg.
Trani is een leuke levendige stad met een kleine haven en een mooie boulevard. Aan de boulevard staan een grote Romaanse Kathedraal en een kasteel. In de kerk, die tot de mooiste van Apulië behoort, is een fraaie bronzen deur te zien die in 1180 is gegoten. Onder de kerk bevinden zich twee grote crypten. De toren was te beklimmen en ik, Fred, nam die uitdaging aan, Trudie bleef liever beneden. Na 320 treden was het uitzicht fenomenaal. Het was 12 uur toen ik boven kwam en op dat moment gingen ook de klokken luiden, wat een kabaal.
Vervolgens brachten we een bezoek aan het kasteel dat in 1233 door Frederik II van Hohenstaufen is gebouwd. Na een heerlijke lunch vervolgden we onze weg richting Margherita di Sevoia. Hier liggen de zoutpannen. Dit gebied strekt zich uit over een grote van 4000 hectare en is de grootste zouttuin van Italië. Dit beschermde natuurgebied is van onschatbare ecologische waarde, vooral als vogelreservaat. We reden door naar Manfredonia en langzamerhand komen de bergen van de Apennijnen weer inzicht. Ons hotel Regiohotel Manfredi ligt tussen Manfredonia en San Giovanni Rotondo aan de voet van de Apennijnen. Een schitterend hotel waar we weer een heerlijke grote kamer met balkon hebben kijkend op de mooie binnen tuin en in de verte op de stad Manfredonia en de zee. Eerst maar lekker zwemmen in het enorme buiten zwembad en maar even oriënteren waar het wellness centrum zich bevindt want ook dat hebben ze hier in huis, sauna, binnen zwembad etc. Hier zijn we wel weer een aantal dagen zoet. Vanavond maar weer eens pizza gegeten. Na Napels hebben we dit niet meer gedaan. Het Italiaanse eten is zoveel lekkerder dan een pizza, maar af en toe is het lekker.

Dag 12
Een uitgebreid ontbijt voor Italiaanse begrippen in ons hotel. De zon schijnt weer volop, het is 09.00 uur en 31 graden. Het is nog geen dag onder de dertig graden geweest wat voor de tijd van het jaar ook vreemd is maar goed we zijn hier immers ook voor het weer. We vertrokken rond 09.30 uur naar San Giovanni Rotondo. Een klein plaatsje in de bergen op ca 550 meter boven zeeniveau. Een bijzondere plek want het is een bedevaartplaats. In 1540 werd hier door kapucijner monniken een kruis geplaatst en hier werd 130 later een kleine kerk gebouwd, de Chiesa Santa Maria delle Grazie. De kerk werd wereld beroemd omdat dit meer dan 40 jaar de thuishaven was van Pater Pio. Het stadje verwelkomt ieder jaar 7 miljoen bedevaartgangers. Ook is er een groot ziekenhuis opgericht door Pater Pio wat het grootste is van Zuid Italië. Recentelijk heeft een architect een nieuwe kerk gebouwd, de Chiesa San Pio. Het kan ca. 30.000 pelgrims herbergen en het koperen dak, ca. 20.000m2 is het grootste wat ooit op een kerk is geplaatst. De voorgevel van de kerk bevat een glas in loodraam van 700m2, met levendige voorstellingen van de openbaring van Johannes. Alles is groot, zelfs het orgel met 5800 pijpen. Onder het altaar van deze kerk in de crypte ligt het lichaam van pater Pio. De pelgrims, ook wij, werden langs deze gouden kist geleid die achter een muur met een kleine opening was geplaatst. Veel pelgrims hadden witte doeken bij zich en door de opening raakten ze hiermee de vergulde kist aan. De crypte was erg mooi, mozaïeken langs de wanden en plafonds van bladgoud. Ook werden we geleid, in het oude klooster langs de kamers en werkruimten van pater Pio. Pater Pio is heilig verklaard door Paus Johannes Paulus II . De pater werd vanwege zijn gezondheid overgeplaatst naar het klooster hier. Hij had steeds maar terugkerende open wonden op buik, handen en voeten. Doktoren beschouwden de terugkerende wonden als wetenschappelijk onverklaarbaar. In 1968 overleed hij en het laatste mirakel deed zich voor tijdens zijn aflegging, er werd vastgesteld dat de wonden, die zijn hele leven hadden gebloed waren verdwenen. Het was meer dan een bezoek waard. We hadden vandaag wel onze bedevaartstochtwant vervolgens reden we naar Monte Sant’Angelo. Deze plaats ligt op een uitloper van een bergmassief op ruim 800 meter boven zeeniveau en wordt gedomineerd door een enorm kasteel. We bezochten dit kasteel van waaruit je een mooi uitzicht had op de omgeving. Vervolgens bezochten we de Santuario di San Michele. Een kerkje gebouwd boven en om een grot heen waar de aartsengel Michaël driemaal zou zijn verschenen tussen 490 en 493 na Chr. aan een bisschop. In de 8e eeuw gebeurde het nogmaals. Je kunt je voorstellen dat ook dit een bedevaartsoort is geworden.
Het was heel bijzonder. Via het kleine kerkje daalde je af in de gewelven onder deze kerk en uiteindelijk kwam je in een enorme grot terecht die was ingericht als grote kapel. Allemaal heel erg bijzonder en bij de hoge buiten temperatuur was dit erg aangenaam. We reden via een mooie route de berg weer af, veel haarspeld bochten en mooie vergezichten, naar Manfredonia.
We reden naar een groot winkelcentrum om nog wat te shoppen, Trudie wilde nog een nieuwe bikini en is geslaagd. Terug in het hotel een duik in het zwembad en eten in het restaurant. Dit was voor het eerst in onze vakantie een culinaire tegenvaller, erg jammer. Het aantal sterren van dit hotel zou anders doen geloven maar het is niet anders, dus morgen niet hier.

Dag 13,
De dag startte voor het eerst bewolkt, maar het was wel benauwd en voor het eerst onder de 30 graden, 26 graden vandaag. Ons doel voor vandaag was Vieste. Een plaats ten noorden van Manfredonia aan de kust. Eerst reden we naar Mattinata. Vanaf hier reden we de bergen in. Een schitterende panoramische tocht via de SS 89 die ons al klimmende naar 700mtr bracht. Veel bochtenwerk maar het was de moeite waard. De eerste plaats die we aandeden was Péschici. Een oud vissersdorp, tegenwoordig ook badplaats gelegen op een rotsachtige uitloper in zee. Een bezoek aan een klein kerkje Chiesa Sant’Elia en een wandeling door de smalle straatjes was erg leuk. Het dorp is erg toeristisch maar wel de moeite van een bezoek. Na de welbekende cappuccino weer terug naar de auto. Via de SS52 zakten we weer af naar Vieste. Een minder mooie rit want de weg loopt direct achter de kust en links en rechts liggen campings, campings en campings. Er zijn stranden echter deze zijn voor het grootste gedeelte geëxploiteerd door de campings dus niet openbaar toegankelijk. Ook zie je de zogeheten Trabucchi, houten platforms in zee, met lange stokken waaraan grote vierkante netten hangen. De netten worden horizontaal in het water gelaten en weer opgehaald en de school vis zit er in. Uiteindelijk kwamen we in Vieste aan. Een leuk plaatsje echter we hebben hier alleen geluncht. En wat voor lunch. Aan de haven zat een mooi restaurantje il capriccio waar we heerlijke visgerechten hebben gegeten. Vis, kreeft uit zee, zo op je bord, dat maakte het eten van gisteren weer helemaal goed. We hebben zo uitgebreid gegeten dat we vanavond maar een broodje nemen. Van Vieste reden we via de kust SS53 weer terug naar het hotel. Deze route is een stuk mooier met mooie vergezichten. Wel veel klimmen, dalen en veel bochten dus snelheid is hier niet te maken. Rond vijven waren we terug in ons hotel en namen een heerlijke duik in het zwembad. Tussentijds belde Daniëlle nog dat het allemaal goed met het gaat. Het weer is in Toscane niet al te best, ze hebben al veel regen gehad. Puck zegt dag, dat willen we natuurlijk graag horen maar we moeten nog een week wachten. Morgen op naar Campobasso, de Molise voor nieuwe avonturen.

Dag 14 Molise
Na het ontbijt uitchecken en vertrek richting Campobasso. In ons reisboek staat niets beschreven over deze plaats maar Trudie heeft gisteravond het nodige van internet geplukt. Campobasso ligt ongeveer 150 km van waar we nu zitten en in een bergachtig gebied van de Apennijnen met hoogten tot 2000 meter. Er kan veel sneeuw vallen in dit gebied. Het is vandaag wel zonnig maar er staat een stevige wind. De eerste plaats die we aan deden was Lucera. Tijdens het Romeinse keizerrijk was dit een belangrijke stad.
Er staat nog een imposant Romeins Amfitheater, gebouwd in opdracht van keizer Augustus. Hier ging ons eerste bezoek dan ook naar toe, erg mooi bewaard gebleven en het bezoek was gratis. Ook staat er een enorme vesting/kasteel uit de 13 e eeuw met een ommuring/omtrek van 900 meter, gebouwd door het huis van Anjou. Vanaf de vesting heb je een mooi uitzicht over de Tovoliere. Ook een bezoek aan de kathedraal (14 e eeuw) was de moeite waard. Via de SS17 vervolgde we onze weg naar Campobasso. We hadden wat lekkernijen, yoghurt en melk gekocht wat we onderweg even heerlijk hebben opgepeuzeld. Op weg naar Campobasso de wedstrijd Nederland – Japan via de radio in het Italiaans gevolgd. Rond 15.00 uur kwamen we aan in het hotel. Het hotel ligt boven op een heuvel vanwaar we mooi uitzicht hebben op de stad. Leuk charme hotel,
Cascina Garden met een ruime kamer. De temperatuur is hier aanmerkelijk lager, rond 23 graden. Dat is wel even wennen, maar we zitten ook en stuk hoger. Ook drijven er donkere wolken over. Na de koffie zijn we de stad gaan verkennen. Leuke stad maar weinig bezienswaardigheden. Wel even het stedelijk museum bezocht, ook weer gratis. Wat houden we een geld over. Vervolgens zijn we in het centro storico naar de top geklommen waar nog een overblijfsel van een kasteel stond,dit stelde weinig voor. Dan nog maar een bezoekje aan het stadscentrum waar we op onze tocht nog twee mooie kerken tegen kwamen. Het was niet echt warm meer. Het stadscentrum oogt modern en ziet er gezellig uit. Rond 19.00 uur terug naar het hotel. Snel iets warmers aangetrokken en op naar het avondeten. In het restaurant hebben we heerlijk en smaakvol gegeten. De berglucht maakt erg moe en om 21.00 uur lagen we op bed met boek en laptop.

Dag 15
Wakker worden met het idee dat het Vaderdag is zonder dat je het zelf weet is vreemd. Maar toch is het waar en werd nog eens bevestigd door de SMS-jes van de kinderen. Om 08.30 uur aan het ontbijt, wat een tegenvaller. Een echt Italiaans ontbijt, we weten dat, dat niet veel voorstelt, maar hier was echt weinig. Droge koek, beschuit zonder iets en dat was het. Maar goed dan onderweg maar iets eten. Het plan was om een deel van het achterland boven Campobasso te verkennen. De regio is erg bergachtig dus dat beloofde wat. Trudie had een mooie route uitgezet dus vanaf Campobasso reden we via de ss157 richting Castelmauro. Een mooie route via bergwegen. Wel veel stijgen en het betere bochtenwerk. Voordat we Castelmauro naderde sloegen we af richting Trivento. Het doel was om op de weg hier naartoe de Santa Maria (Madonna) di Canneto te bezoeken. Een kloostercomplex uit de 8e eeuw. Er staat hier een mooi kerkje met een schitterende preekstoel en een schitterend altaar. De kerk was meerdere malen verwoest door de Moren maar in de jaren 50 van de vorige eeuw gerestaureerd met oorspronkelijke materialen.
Toen wij aankwamen was er een huwelijksinzegening aan de gang. Zomaar de kerk inlopen staat niet netjes dus bij de ingang maar een foto genomen, wat men niet erg vond. Naast de kerk waren overblijfselen van een Romeinse villa te bewonderen. Hier vandaan reden we naar Pietrabbondante. Een klein plaatsje waar resten lagen van een grote tempel en een amfitheater gelegen op de helling van een heuvel en gebouwd door Samnieten. Het was een religieuze en politieke plek maar ook een symbool tot verzet tegen de Romeinen. Een bezoek waard.
Het weer is niet al te best, veel wind, soms een bui en 16/19 graden(afhankelijk van de hoogte , dat was wennen. Voor het eerst de lange broeken aan. We vervolgden onze route naar Agnone. Een kleine plaats met enkele bijzondere kerken. Weinig verder te beleven, maar dit lag ook aan het feit dat het zondag was. Het was inmiddels 15.00 uur dus wel weer tijd om op ‘huis’ aan te gaan. We reden we via de grote weg, de SS17 terug. Je kunt dan wel niet erg hard rijden maar wel een stuk comfortabeler. Onderweg, evengoed op een hoogte van meer dan 1200 meter, stuitte we op een gigantische kathedraal. Deze stond niet in het boekje maar was al van verre te zien, dus maar van de weg af voor een bezoek aan de Santuorio dell Addolorata.
Het was er een drukte van belang. Er stonden wel 15 bussen en wat blijkt dit is ook een bedevaartsplaats. De kerk zat vol en er was een mis gaande die je ook buiten kon volgen. De kerk leek een beetje op het Vaticaan. Volgende maand komt de Paus hier op bezoek. Na een kop koffie, een souvenir weer instappen en weer terug naar het hotel, waar we rond zessen weer arriveerden. Vanavond maar weer lekker hier eten.
Dag 16
Na het “overweldigende” ontbijt vertrokken we vandaag terug naar de westkust, naar Baia Domizia. Een aantal dagen aan de kust is de bedoeling, lekker zon, zee en strand. Het is erg bewolkt dus maar hopen dat het aan de kust beter is. De voorspelling belooft niet veel goeds. Het was een rit van ongeveer 140 kilometer. Van Campobasso reden we via Isernia, Venafro en Teano naar Baia Domizia.
Onderweg nog even opgestoken omdat het ontbijt niet echt zwaar op de maag lag dus een lekker broodje met omelet(voor Fred) ging er wel in. De hoofdwegen zijn goed te rijden ondanks dat de maximum snelheid 80 km per uur is. Ook nog even opgestoken bij een groot winkelcentrum en rond 13.30 uur waren we op de bestemming. Incheck ging vrij vlot en erg vriendelijk. Het Park hotel is erg gedateerd, wel een nette ruime kamer op de 3e verdieping maar deze zijn echt aan een renovatiebeurt toe. Verder oogt het grote hotel wel netjes, groot zwembad, keurig restaurant en bar. We zitten op ca. 100m van het strand wat via een smal pad te bereiken is. Een eigen stoel en parasol zijn inbegrepen bij de kamer. We hebben schitterend uitzicht op de bergen om ons heen. Het weer is niet al te best, harde wind af en toe een bui en 18 graden, nodigt niet uit voor het strand. Voor het eten een wandeling naar de dorpskern gemaakt. Het is hier allemaal gedateerd en even smoezelig. Een aantal winkels maar erg grauw, jammer van een badplaats die veel meer allure kan uitstralen. Terug in het hotel wat gedronken in de bar, in de lounge even op internet en Trudie is voor de zekerheid voor morgen gezien het weer een route aan het uitzetten.
Dag 17
We hebben gisteravond uitermate heerlijk gegeten in het restaurant. Twee echte Italiaanse obers in witte jasjes bedienden ons met heerlijke gerechten. Het leek wel een toneelspel waar we zelf de hoofdrol in speelden. Je waant je met recht in een tijd die 30 jaar achter ons ligt. Het is erg gezellig ondanks de datering van het hotel. Hier moet je dan maar door heen kijken.
Vandaag ontwaakten we na een wat onrustige nacht met de zon. Dat hadden we niet gedacht, dus het strand was voor ons. Een goed ontbijt, wat we ook niet hadden verwacht, echter het is een internationaal hotel dus altijd uitgebreider dan een regiohotel zoals we dat hiervoor hadden. Leuk is dat je hier ook veel de Nationale trots ziet wapperen. Gisteren nog een leuke mail ontvangen van mijn collega’s. Een kleine aanpassing in ons congrescentrum, die door mij in gang was gezet, is afgelopen week afgerond en zij stuurden mij via de mail het resultaat. Dank daarvoor. De strandkleding aan en om 09.15 uur op naar de zee. Een strandstoel en een ligbed uitgezocht, vlak aan het water dat was echt heerlijk. Tussentijds kwam Lilly langs, een Chinese masseuse, die Trudie in een uur voor 20 Euro van top tot teen een massage gaf. Ze vond het, het einde. Morgen is ze er weer, dus maar hopen op goed weer. De watertemperatuur is om en nabij de 22 graden, kan er mee door. Alles onder handbereik, koffie, lunch etc. wat wensen we ons nog meer. Nog even met de kinderen gebeld en alles was goed, Daniëlle ging naar Pisa en Roderick had een dagje vrij. Er hing wel wat donkere bewolking boven de toppen van de bergen maar daar maakten we ons nog geen drukte om. Dit breidde zich binnen een aantal uren uit over de hele kuststrook, het was inmiddels 14.00 uur een mooie tijd om terug naar het hotel te gaan. Op het balkon een bak koffie en even wegdutten. Om 16.15 uur in de auto gestapt en via de welbekende Via Appia de SS7 via de bergroute naar de plaats Sperlonga. Een schitterende route met vergezichten waar je constant een stop voor moest maken. Dit is de oude route want in de jaren 70 van de vorige eeuw is er onder de kust door ook een weg gemaakt, deze is grotendeels vlak en loopt langs het water. In Sperlonga bezochten we het archeologisch museum en de Grotta Tiberio. De twee bezienswaardigheden grenzen aan elkaar wat logisch is en liggen aan de kustweg naar Gaeta. Tijdens de aanleg van de kustweg in 1957 stuitte men toevallig op de overblijfselen van de Villa van keizer Tiberius, en een grot naast de villa met overblijfselen van een kolossale beeldengroep die de legende uitbeeld van Ulysses en de cycloop Polyphemus. De overblijfselen zijn ondergebracht in het museum en gedeeltelijk gereconstrueerd. De villa gaf een mooi beeld uit die tijd en wat opmerkelijk was waren de bassins aan de waterkant. Het water stroomde bij hoog water over de muren heen, vis kwam mee en bij laag water liepen de bassins gedeeltelijk leeg en de vis bleef achter dus voldoende voedsel. Indrukwekkend om te zien. Rond 19.30 uur waren we weer terug in het hotel waar we aanschoven voor het avondeten. We zagen het keuzemenu en dat zag er goed uit. Dat werd weer bewaarheid; Heerlijke soep, pasta, vis, vlees, gemengde sla, ijs en fruit, het was weer heerlijk.

Dag 16
Na het “overweldigende” ontbijt vertrokken we vandaag terug naar de westkust, naar Baia Domizia. Een aantal dagen aan de kust is de bedoeling, lekker zon, zee en strand. Het is erg bewolkt dus maar hopen dat het aan de kust beter is. De voorspelling belooft niet veel goeds. Het was een rit van ongeveer 140 kilometer. Van Campobasso reden we via Isernia, Venafro en Teano naar Baia Domizia.
Onderweg nog even opgestoken omdat het ontbijt niet echt zwaar op de maag lag dus een lekker broodje met omelet(voor Fred) ging er wel in. De hoofdwegen zijn goed te rijden ondanks dat de maximum snelheid 80 km per uur is. Ook nog even opgestoken bij een groot winkelcentrum en rond 13.30 uur waren we op de bestemming. Incheck ging vrij vlot en erg vriendelijk. Het Park hotel is erg gedateerd, wel een nette ruime kamer op de 3e verdieping maar deze zijn echt aan een renovatiebeurt toe. Verder oogt het grote hotel wel netjes, groot zwembad, keurig restaurant en bar. We zitten op ca. 100m van het strand wat via een smal pad te bereiken is. Een eigen stoel en parasol zijn inbegrepen bij de kamer. We hebben schitterend uitzicht op de bergen om ons heen. Het weer is niet al te best, harde wind af en toe een bui en 18 graden, nodigt niet uit voor het strand. Voor het eten een wandeling naar de dorpskern gemaakt. Het is hier allemaal gedateerd en even smoezelig. Een aantal winkels maar erg grauw, jammer van een badplaats die veel meer allure kan uitstralen. Terug in het hotel wat gedronken in de bar, in de lounge even op internet en Trudie is voor de zekerheid voor morgen gezien het weer een route aan het uitzetten.

Dag 17
We hebben gisteravond uitermate heerlijk gegeten in het restaurant. Twee echte Italiaanse obers in witte jasjes bedienden ons met heerlijke gerechten. Het leek wel een toneelspel waar we zelf de hoofdrol in speelden. Je waant je met recht in een tijd die 30 jaar achter ons ligt. Het is erg gezellig ondanks de datering van het hotel. Hier moet je dan maar door heen kijken.
Vandaag ontwaakten we na een wat onrustige nacht met de zon. Dat hadden we niet gedacht, dus het strand was voor ons. Een goed ontbijt, wat we ook niet hadden verwacht, echter het is een internationaal hotel dus altijd uitgebreider dan een regiohotel zoals we dat hiervoor hadden. Leuk is dat je hier ook veel de Nationale trots ziet wapperen. Gisteren nog een leuke mail ontvangen van mijn collega’s. Een kleine aanpassing in ons congrescentrum, die door mij in gang was gezet, is afgelopen week afgerond en zij stuurden mij via de mail het resultaat. Dank daarvoor. De strandkleding aan en om 09.15 uur op naar de zee. Een strandstoel en een ligbed uitgezocht, vlak aan het water dat was echt heerlijk. Tussentijds kwam Lilly langs, een Chinese masseuse, die Trudie in een uur voor 20 Euro van top tot teen een massage gaf. Ze vond het, het einde. Morgen is ze er weer, dus maar hopen op goed weer. De watertemperatuur is om en nabij de 22 graden, kan er mee door. Alles onder handbereik, koffie, lunch etc. wat wensen we ons nog meer. Nog even met de kinderen gebeld en alles was goed, Daniëlle ging naar Pisa en Roderick had een dagje vrij. Er hing wel wat donkere bewolking boven de toppen van de bergen maar daar maakten we ons nog geen drukte om. Dit breidde zich binnen een aantal uren uit over de hele kuststrook, het was inmiddels 14.00 uur een mooie tijd om terug naar het hotel te gaan. Op het balkon een bak koffie en even wegdutten. Om 16.15 uur in de auto gestapt en via de welbekende Via Appia de SS7 via de bergroute naar de plaats Sperlonga. Een schitterende route met vergezichten waar je constant een stop voor moest maken. Dit is de oude route want in de jaren 70 van de vorige eeuw is er onder de kust door ook een weg gemaakt, deze is grotendeels vlak en loopt langs het water. In Sperlonga bezochten we het archeologisch museum en de Grotta Tiberio. De twee bezienswaardigheden grenzen aan elkaar wat logisch is en liggen aan de kustweg naar Gaeta. Tijdens de aanleg van de kustweg in 1957 stuitte men toevallig op de overblijfselen van de Villa van keizer Tiberius, en een grot naast de villa met overblijfselen van een kolossale beeldengroep die de legende uitbeeld van Ulysses en de cycloop Polyphemus. De overblijfselen zijn ondergebracht in het museum en gedeeltelijk gereconstrueerd. De villa gaf een mooi beeld uit die tijd en wat opmerkelijk was waren de bassins aan de waterkant. Het water stroomde bij hoog water over de muren heen, vis kwam mee en bij laag water liepen de bassins gedeeltelijk leeg en de vis bleef achter dus voldoende voedsel. Indrukwekkend om te zien. Rond 19.30 uur waren we weer terug in het hotel waar we aanschoven voor het avondeten. We zagen het keuzemenu en dat zag er goed uit. Dat werd weer bewaarheid; Heerlijke soep, pasta, vis, vlees, gemengde sla, ijs en fruit, het was weer heerlijk.

Dag 18,
De dag begon wat bewolkt, maar na het ontbijt toch naar het strand waarna het snel beter werd. Lekker gelezen, gezwommen en even nog in de zon gelegen. We moeten wel oppassen want je verbrand snel. Ook Lilly de masseuse kwam weer langs die Trudie weer even onder handen nam. Rond het middaguur werd het toch bewolkt en gingen we terug naar het hotel. Na de quick lunch in de auto gestapt. Trudie wilde even naar Caserta, een grote plaats die nagenoeg aan Napel grenst. We wilden een enorm paleis bezoeken maar konden dat niet vinden. Het was erg druk in de stad en ik was erg moe w.s. door ons strandbezoek. We besloten om de stad zo snel mogelijk te verlaten om brokken te voorkomen. Rijden in deze grote plaatsen vergt een enorme inspanning en concentratie en dat mistte ik. We verlieten de stad aan de oostkant en reden de heuvels in naar het stadje Caserta Vecchia. Deze is afgesloten voor autoverkeer dus de auto op een parkeerterrein geplaatst. Vervolgens een kleine wandeling omhoog. Er was een schitterende kathedraal met een mooie preekstoel. Het was een leuke plaats met kleine straatjes echter de inwoners waren weinig vriendelijk en na het drinken van koffie en twee stukken koek met een rekening van 8 euro had ik m’n buik er meteen van vol. Dit hebben we de hele vakantie nog niet betaald voor dit soort traktaties, meer dan 5 euro betaal je nooit. We voelden ons behoorlijk belazerd, maar als je de taal maar half machtig bent is het niet makkelijk om in actie te komen en al zou je dit doen dan verlies je het altijd. In deze omgeving zijn toeristen toch aan de goden overgeleverd en wordt je zo nu en dan bedonderd; het zij zo. Jammer van deze dag, de minste uit onze vakantie. Terug in het hotel, opknappen en op naar het avondeten. Dat was weer uit de kunst en maakt weer een hoop goed. Morgen terug naar Napels, een ritje van ongeveer 60 kilometer.

Dag 19 en 20
De voorlaatste dag in Italië. We kunnen niet zeggen dat de tijd voorbijgevlogen is. Dat komt w.s. omdat we optimaal genoten hebben. Na het ontbijt vertrokken we om 09.40u naar Napels. Het eerste stuk via een provinciale weg en de rest via de tolweg. Onze routeplanner leidde ons rustig naar de plek waar we de auto moesten inleveren, verhuurbedrijf Magiorre naast het centraal station.
Alles oké, even koffie gedronken en kijken waar morgen de Alibus naar het vliegveld vertrekt. De Alibus is een directe bus (stopt maar op 3 plekken) van het vliegveld naar het station en de havens en terug. De kosten zijn 3 euro per persoon, voor een taxi ben je al snel 20 euro kwijt. De uitstaphalte bij het station is Piazza Garibaldi en de instaphalte zit voor het station ter hoogte van de MacDonalds, let op het is de 2e halte vanaf de Mac. De eerste vertrekken alle stadsbussen vandaan en 15 meter verder staat een speciaal busbord Alibus. Kaartjes koop je in de bus. Vertrekhalte op het vliegveld is voor de aankomsthal. Prima verbinding in dit geval voor ons omdat ons Best Western Plaza hotel op steenworp afstand van het station lag. We konden om 12.00 uur al inchecken zodat we tijdig op de kamer waren. Voor de middag had Trudie besloten om nog wat leuks te doen. Een wandeling door het centrum van Napels en de volkswijken waar het echte leven zich afspeelt naar de via Fontanelle voor een bezoek aan het Cimetero delle Fontanelle. Wat was dat nu weer. Dit is een enorm Grieks -Romeinse groeve waar de beenderen liggen van duizenden slachtoffers van pest epidemieën en andere slachtoffers van de meest enge ziektes. Een bizar bezoek maar daar ‘houden’ we wel van.
Na een afwisselende wandeling en enkele malen vragen belanden we bij de ingang. Er zaten een man en een vrouw die weinig Engels spraken. Het was niet toegankelijk, dat was nu jammer. Dus verzin een list. Ik gooide mijn charmes in de strijd, gaf aan dat we helemaal van het centraal station kwamen lopen en morgen weer naar huis zouden vliegen en een bezoek aan dit overdekte ‘kerkhof’ niet wilde missen. Het hielp; de senora gaf aan ons een speciale rondleiding te geven. De enorme ruimte (zeg maar uitgehouwen in een rots) bestaat uit 3 lange gangen waarlangs de wanden de schedels en de beenderen liggen. Er is ook een altaar gemaakt van hout en beenderen. Een bizar gezicht maar heel bijzonder. Onder de grond waarop we liepen lag nog een kelder waarin tot 70 meter diepte opgestapeld beenderen en schedels lagen. In de 17e eeuw is driekwart van de bevolking van napel omgekomen door de pest je kunt wel nagaan hoeveel personen hier liggen. We waren erg dankbaar voor de rondleiding want het is normaal niet meer toegankelijk voor publiek. Nadit bezoek weer terug naar het centrum voor wat souvenirs. De stad was in rep en roer want Italië moest voetballen en overal op straat stonden televisies en zaten de Napolitanen de voetbalwedstrijd te kijken, de straten hingen vol met Italiaanse vlaggen. Terug in het hotel in de lounge het verlies aanschouwd van de ploeg van Italië wat een domper op de feestvreugde. Rond 20.00 uur weer naar het centrum, wat opviel was dat nagenoeg alle vlaggen waren verwijderd, de feestvreugde was omgeslagen in teleurstelling. Uit het boek had Trudie het adres gehaald van de beste pizzeria van Napels, Di Matteo, op de Via Dei Tribunali nr 94. Het is een winkeltje van niets maar een drukte van jewelste. We konden de ingang niet vinden omdat ze ook aan de straat verkochten. Maar al snel zag ik een bordje met een pijl, je moest eigenlijk door de keuken naar het kleine restaurantje. De duurste pizza was 6 euro. Er was voldoende keuze en inderdaad de lekkerste pizza die we tot nu toe hebben gegeten. Een echte aanrader. Rond negenen waren we terug op de hotelkamer en de Italiaanse tv liet geen voetbalwedstrijden meer zien dus Holland ging aan onze neus voorbij. Waar we wel van schrokken was dat 25 juni was uitgeroepen tot nationale stakingsdag, de bussen, treinen en ferry’s zouden een bepaalde periode niet varen. Trudie zocht op internet een taxibedrijf op om online een taxi te boeken. Dit hebben we al eerder gedaan. Dat lukte maar we moesten wachten en zouden daar bericht van krijgen of er een chauffeur was. Eerst maar slapen.
Rond achten na een onrustige nacht opstaan en kijken of het was gelukt met de taxi. We kregen inderdaad bericht echter er was nog geen chauffeur gevonden en we konden eventueel kosteloos annuleren. Ook zagen we dat er nog een heleboel bussen reden dus besloten we toch maar om te annuleren en op de gok naar het station te lopen na het ontbijt. We verlieten rond tienen het hotel en inderdaad om 10.03u kwam er een bus. Scheelde toch weer want de taxi zou ons 29 euro hebben gekost. Tijdens het instappen had Trudie aansluiting met een Duitse vrouw die via de achteringang in de bus was gestapt. De chauffeur was hier al erg verbolgen over. De vrouw had heel slim op 4 plekken koffers neergezet voor haar reisgenoten die wel voor instapten. Zo ook op een bankje, echter Trudie wist niet dat de koffer van de vrouw was maar dacht dat die was van andere inzittenden die er tegenover zaten. Dat bleek niet dus kabaal. De Duitse vrouw koos eieren voor haar geld want wie wint er nu van Trudie ha, ha. Op het vliegveld inchecken, gaf even problemen voor de vlucht vanaf Milaan maar ook dat werd opgelost. Zitten we nu aan de koffie en gaan we dadelijk door de douane. Ons vliegtuig vertrok met 20 minuten vertraging zodat we in Milaan nog moesten haasten. Uiteindelijk was het een zeer voorspoedige reis en landen we om 18.40u op Schiphol. Onze buren Theo en Elly pikten ons op zodat we rond achten aan een heerlijke kom soep zaten gemaakt door Elly. Al met al een heerlijke vakantie, 3200 km gereden, veel gezien, heerlijk gegeten. Toch is dit tot noch toe een omgeving die op ons van heel Italië de minste indruk heeft achtergelaten ondanks alles wat we hebben gezien.