Vakantie, wat een heerlijk gevoel. Afgelopen vrijdag rond 14.00 uur kwam Trudie mij ophalen anders had ik doorgewerkt. Er was nog genoeg te doen maar je moet er eenmaal een punt achter kunnen zetten. Gelukkig nemen mijn gewaardeerde collega’s alles verder over en kan ik met een gerust gevoel weg. Datzelfde geldt natuurlijk ook voor Trudie echter die had al twee dagen eerder de deur achter haar dicht getrokken. Nog een paar rustige dagen, zondag nog met de kinderen naar Walibi geweest. Trudie houdt niet van achtbanen dus was zij de pakezel maar ik liet me niet kennen en heb met doodsangsten alle pythons, condors en zelfs een apparaat waar je de lucht mee wordt ingeschoten overwonnen. Eindelijk was het dinsdag. Daniëlle kwam ons om 4.15u ophalen. Het was een korte nacht slapeloze nacht. Maar goed, ‘uitslapen’ daar zijn de komende 14 dagen voor. Op internet hadden we reeds ingecheckt en de instapkaarten uitgedraaid en onze zitplaatsen uit gezocht. Bij de nooduitgang natuurlijk, altijd weer wat meer beenruimte. Alleen onze bagage moesten we nog afgeven wat zo was gepiept. Effe lekker koffie bij Starbucks en op naar ons vliegtuig. Onze plaatsen snel gevonden en om precies 07.00 uur taxieden we richting Polderbaan. Na 2.25 uur landen we op Malaga. De koffers waren snel op de rolband zodat we na 30 minuten al bij de autoverhuurder stonden. We gingen voor een ford Fusion maar het werd een schitterende zwarte VW Golf. De koffers pasten precies. Toen we de sleutels kregen waren we even bezorgd dat dit niet zou lukken want Daan haalden ons vanmorgen op met dezelfde auto en toen moest de bank worden geklapt. Maar goed, deze kofferbak was helemaal leeg. Snel vonden we de weg richting Ronda waar we onze eerste overnachting hadden. We reden binnendoor via de a366. Een schitterende route met de hoogste punt op 1400 mtr. Als je haast hebt moet je deze weg niet nemen. Rond 14.15 uur kwamen we aan in Ronda. Vervolgens onze Tom Tom aan en ja hoor deze leidde ons naar een goede straat echter het was de foute plek. Een hotel in deze straat leek ons wel erg bijzonder. Erg afgelegen en niet een plek waar je een hotel neerzet. We hadden de verkeerde stad ingetoetst. Dus maar even op de oude manier en de kaart erbij die we van het reisbureau hadden ontvangen. We verlieten Ronda via de a376 en ter hoogte van Montecorte verlieten we de weg richting Grazelama. We bevonden ons in een nationaal park. Halverwege verlieten we ook deze weg, stond niet op de kaart maar een bordje wees ons de route, daalden via een steile weg van 735 mtr. naar beneden. Hier lag op het eind van de weg in dit schitterende gebied ons hotel El Horacajo. Het was een plaatje. Een soort hacienda, en één met de natuur. Snel inchecken want we waren bekaf en wat rust zou ons goed doen. Alle kamers waren kleine appartementjes grenzend aan en binnen plaats. We hadden kamer twee. Eenmaal op de kamer hoorde ik naast ons een huilende baby in de andere kamer. Het was nogal gehorig dus daar hadden wij geen zin in. Nu hebben we geen hekel aan kleine kinderen maar als je moe bent en dan dat gejank. Snel een andere kamer, zo geregeld. Heerlijk rustig, dachten we. Maar goed. Snel opfrissen om nog in Ronda rond te kijken. We hadden al besloten om in het hotel te eten gezien de plek en de onverlichte wegen en onze vermoeide toestand. Ronda is een bezoek meer dan waard. We bezochten de beroemde Plaza de Toros (de arena) de op een na oudste arena van Spanje waar de stierengevechten plaatsvinden, werkelijk de moeite waard (6 euro pp). Ook is er een museum in gehuisvest. Het schitterende stadspaleis en niet te vergeten de Romeinse brug de Puente Nuevo die een hoogte van 100 mtr. overspant over de El Tajo kloof. Een indrukwekkend bouwwerk en spectaculaire uitzichten. In de Carrera Espinel, de winkelstraat van Ronda dronken we een ijskoude ijsthee, ja we hebben vakantie dus ook nog maar een milkshake en een overheerlijk broodje met heerlijke ham. He, wat vervelend nou; straks weer avondeten. Om 19.30 uur weer terug in het hotel waar we heerlijk van ons diner genoten, nou ja, dat had ook weer wat voeten in aarde, het was een standaard menu, vis of konijn. Ik wilde geen van beiden dus hoe leggen we dat nu weer uit. De ober had het snel door en gaf aan ook kip te hebben. Alles opgelost. Rond 21.30 u lagen we plat en wat denk je, naast ons weer een baby te janken. Gek wordt je ervan. Gelukkig had ik de oordopjes mee dus al snel geen geluid meer.

Dag 2 Toch nog een heerlijke nacht. Snel opknappen en ontbijten. Na het redelijk uitgebreid ontbijt vertrokken we richting Grazalema via de a372. Dit is werkelijkwaar een schitterende route. Wel veel bochtenwerk maar mooie vergezichten. Het stadje Grazalema is klein maar wel een bezoekje waard. Tussentijds effe en bakkie want ik heb de waterkoker met thermoskan ook mee. We vervolgden onze weg via El Bosque, weer tijd voor koffie met wat lekkers naar Arcos. Een kleine stad met een bijzondere kerk in de oude moorse wijk die boven op een klif ligt. Echter je moet er wat voor over hebben want het was een gigantische klim naar boven en dat met 30 graden. Maar goed, een beetje beweging kan geen kwaad. We bezochten de schitterende kerk San Pedro en genoten van het mooie uitzicht vanaf de klif die honderd meter recht omhoog rijst. Van Argos reden we via de A382 naar Jerez de la Frontera. We bezochten hier the house of Sandeman, de wereld beroemde Sherry brouwerij met een interessant museum. We kwamen hier rond half drie aan en het was bijzonder rustig dus dachten we dat het gesloten was. Trudie, nieuwsgierig als altijd, liep om het gebouw heen en zag een groepje mensen, begeleid door een vrouw in zwarte cape met Spaanse hoed een zgn Sandemanna. Dit was een zojuist gestarte rondleiding en na wat overleg, omdat we niet via de officiële weg waren binnengekomen konden we toch aansluiten. Het was niet gratis, 6 euro pp. maar het was moeite waard en inclusief drie glazen sherry pp. hik, hik. Want proeven zul je. Trudie attendeerde mij op één van de grote vaten die er lagen waaraan foto’s hingen van Koeman en Louis van Gaal. Dus weer een beetje trots. Het zijn toch weer die Hollanders die ….. Hollanders. Vervolgens reden we naar ons hotel in El Puerto de Santa Maria. Wederom Tom Tommetje en nu wel rechtstreeks. Een schitterend hotel, Monasterio San Miquel gevestigd in een voormalig Capucijner klooster. Werkelijk waar een plaatje. Klein detail, veel beroemde gasten zijn ons reeds voorgegaan, van de koning van Spanje tot de president van Frankrijk en vele anderen. Het is een groot complex echter de intimiteit van het gebouw is gebleven. Zelfs de kapel is nog aanwezig. Gelukkig kon de auto in de parkeergarage want parkeren in de smalle straatjes is niet makkelijk. Nadat we ons hadden opgeknapt vertrokken we rond achten naar het historische centrum. Een leuke levendige stad met enkele mooie kerken. We aten in een goed visrestaurant onze avond maaltijd en deden om 23.00 uur het licht uit.

Dag 3
Vroeg uit de veren, want de dagen zijn tekort. Een uitgebreid ontbijt stond op ons te wachten. Vandaag moet Sonja maar buiten het klooster wachten. Wat worden we weer verwend. Trudie had in gedachten om naar Tarifa te rijden. Hiervandaan gaan boten naar Tanger in Marokko, ja van die tante. Dat was dus weer een aardig stuk zuidwaarts. Dus maar een stuk over de snelweg, N340 want dat schiet op. De wegen zijn hier prima en de Spanjolen zijn goede weggebruikers. Niet zoals Italianen die, al bumperklevend, duwend en toeterend hun weg banen. We waren voorbereid op alles en in veel boekjes lees je ook dat Spanjolen op Italianen lijken qua weggedrag. Maar wij moeten na 15 jaar Italië eerlijk zeggen petje af olé. Ik rij hier zeer ontspannen maar anderen hebben hier misschien andere ervaringen mee. Rond elfen waren we in Tarifa. Een echte havenstad zonder enige franje maar met uitzicht op Afrika, weliswaar in de nevel. Trudie wilde wel met de boot naar de overkant echter dat leek mij gezien de enorme wilde zee en harde wind geen goed idee. Maar goed, toch even informeren. Hé, gelukkig er gingen maar twee boten en die waren al vertrokken. Dus tijd voor plan twee. Langs de kust omhoog naar Cadiz. Dat viel ons erg tegen. Ongezellige kustplaatsen die we snel weer verlieten. Rond 15.30 uur waren we in Cadiz. Een prachtige stad en meer dan de moeite waard voor een bezoek. Mooie lange smalle straatjes waar je heerlijk uren kunt slenteren. Een bezoek aan de kathedraal met zijn enorme torens mocht niet ontbreken. Een gigantisch bouwwerk. Trudie wilde de Torre de Poniente, de noordtoren niet beklimmen dus ging ik alleen. In de toren zijn geen treden maar je loopt via een wentelpad de zesenzeventig meter hoge toren omhoog. Hoe kregen ze het vroeger toch voor elkaar. Een formidabel uitzicht over de stad en verder was de bekroning. In de smalle straten, waarvan sommigen een kilometer lang zijn vertoonden kunstenaars hun werk waaronder eentje die op wijnglazen complete melodieën maakten door met zijn vingers over de rand te glijden. Een lust voor het oor. Maar zoals altijd kwam ook aan deze dag weer een eind dus na het vroege avond eten waren we rond negenen weer terug in het hotel. Vanavond alweer de laatste avond hier en morgen naar Sevilla.

Dag 4
Na het ontbijt de koffers in de auto, uitchecken en de reis vervolgen. Tegenover de Sandeman brouwerij in Jerez de la Frontera zat de wereldberoemde ‘’Real Escuela Andaluza del Arte Ecuestre” Koninklijke Andalusische School van de Paardrijkunst, een koetsenmuseum en een museum over de Spaanse rijschool en dressur. Nu hebben we weinig met paarden maar een bezoek aan deze rijschool leek ons erg interessant. Bovendien heeft Spanje een grote reputatie op het gebied van de paardendressuur en dan mag, omdat je hier toch bent een bezoek hieraan niet ontbreken. Je kunt er paardendressuur, trainingen en shows bijwonen. Na het kopen van de kaartjes moesten we eerst door een poortje en werd de bagage net als op het vliegveld door een röntgen apparaat gehaald. Het was een gigantisch landgoed waarop de enorme stallen, Arena en een zadelmakerijschool stonden en nog enkele andere schitterende gebouwen geheel in stijl en gele kleuren. Allereerst liepen we, natuurlijk met vele anderen, naar de Arena waar werd getraind met paarden dressuur. Dit was een lust voor het oog en hadden wij beiden nog nooit mee gemaakt. Fotograferen was ten strengste verboden, hé wat jammer nu. Schimmels, zwarte- en donker bruine paarden dansten en huppelden op de muziek, we konden er geen genoeg van krijgen. Vervolgens een rondleiding in de zadelmakerij wat erg bijzonder was. Ook de bezoeken aan beide musea was bijzonder interessant. Mooie koetsen uit voorbije tijden stonden er tentoongesteld en een uitgebreide geschiedenis over het paard en de rijkunst/dressuur. Ook hier weer geen foto’s. Al met al een leerzame ochtend/middag en wie weet krijgen we een nieuwe hobby. Het liep al tegen 15.00u zodat we richting Sevilla reden voor ons volgend bezoek. De routeplanner weer aan en deze bracht ons feilloos naar ons hotel, maar niet heus. We hebben een uur in het rond gereden. Vragen aan mensen op straat die ons allemaal een andere richting opstuurden en het ergerlijke van alles, is het hoge eenrichtingsbord gehalte. Op een gegeven moment had ik er schoon genoeg van en ben een hotel ingegaan en gevraagd of zij ons de weg konden wijzen. Wat blijkt de straatnaam is enkele maanden geleden gewijzigd zodat je dan wel kunt zoeken tot je een ons weegt. Uiteindelijk gevonden. Wederom een goed hotel, hoog service niveau en erg vriendelijk. Saillant detail, zelfs de autoramen werden in de parkeergarage gewassen, hoe vind je die. Ook is hier draadloos internet gratis, komt dat even goed uit want in het vorige hotel betaalde ik 9 euro voor 45 minuten dat loopt dan aardig op. Inmiddels was het 18.30 uur, de spullen op de kamer gezet en eerst maar eten. Het centrum lag op steenworp afstand dus alles was redelijk te belopen. Toch maar een kaartje gekocht voor de hip on hip off bus want dat is altijd makkelijk. Deze open bus rijdt volgens een standaard route en je stapt in en uit bij vaste haltes. Van te voren kun je dan al bepalen wat je wilt zien dus ook maar meteen een ritje voor de sight seeing makkelijk voor morgen. Vervolgens bij een restaurant neergestreken waar we ons tegoed deden aan een uitgebreide Tapas maaltijd. Wat was dat lekker. Nog een rondje lopen en genieten van de schitterend verlichte gebouwen en de mooie enorme Kathedraal Giralda. Vervolgens naar ons hotel maar ja, in het donker is het moeilijk oriënteren dus we waren de weg kwijt. Dolend met de kaart in de hand door de stad vonden we uiteindelijk een aanknopingspunt en bereikten we met een paar vermoeide benen het hotel. Om 00.45 uur deden we het licht uit.

Ola, ja dat zit er na een paar dagen wel in. Soms zeg ik grappig in het Nederlands nee, Iglo (grapje) die Spanjolen zijn wel in voor een grap net als wij Nederlanders. Met een stevig ontbijt moesten we het de komende uren maar weer even uithouden. We zouden eerst met de bus naar het EXPO terrein voor wat foto’s. Nu dit was één grote teleurstelling. We hadden wel gelezen dat de EXPO een voorbeeld was van kapitaalvernietiging, maar dat de verloedering hier zo had toe geslagen hadden we niet verwacht. Bestuurders van de stad dachten dat exploitatie van de paviljoens en expositieruimtes commercieel aantrekkelijk zou worden echter dat is een utopie gebleken. Het enige wat goed draait is een pretpark. We hebben een aardig stuk over het terrein gelopen maar raden dat een ieder af. Zonde van de tijd. Wat nog wel een bezoekje waard is, is het Katuizerklooster wat ook op het terrein ligt en tijdens de bouw volledig is opgenomen in de omgeving. Erg oud en tegenwoordig is er het Andalusisch centrum voor hedendaagse kunst gevestigd. Het klooster is al vanaf verre te zien omdat er enkele oude schoorstenen staan doordat er begin negentiende eeuw een keramiek fabriek zat. Snel weer op de bus, dachten we. We wisten niet precies waar de halte was want er staan geen haltebordjes. Je hebt enkel een kaart waarop staat waar de bus stopt. Er was enige onduidelijkheid. We zagen een bus aankomen echter die stopte ongeveer 100 mtr vanwaar wij stonden dus rennen. Het was 33 graden dus het zweet gutste van ons af. Rijdt die rotbus weg en ondanks dat we onze hand opstaken deed de chauffeur dat ook maar stopte niet. Gloeiende, gloeiende ……, maar we wisten nu wel exact waar de haltering was echter pas weer na 25 minuten de volgende bus. We zouden naar Plaza de Espana gaan. Een gigantisch halfcirkelvormig gebouw eens het centrum van de Ibero Amerikaanse tentoonstelling. Werkelijk waar een plaatje en de moeite van een bezoek. Wat jammer was, is dat ook hier de verloedering toe heeft geslagen omdat er geen onderhoud wordt gepleegd. Inmiddels heeft de Spaanse regering geld vrijgemaakt om het gebouw te restaureren en te onderhouden. Wederom de bus gepakt voor een bezoek aan de Kathedraal Giralda. Een gigantische kerk met ernaast een hoge toren. De kathedraal is geplaatst op de Unesco erfgoedlijst. De toren ca. 100 mtr. hoog was voorheen een minaret. Dit vanwege de verschillende overheersingen die Spanje heeft gekend en de diverse Godsdiensten. Islam en inmiddels katholiek. Boven op deze minaret heeft men een klokkentoren geplaatst. Nu heeft deze toren niet de minaretvorm die we gewend zijn rond, echter in noordelijk Afrika vind je meer van deze vierkante minaretten. Het was inmiddels alweer rond drieën en we hadden trek. Bij de busstop uitgestapt en even langs de oudste Arena van Spanje gelopen. Indrukwekkend. We liepen door de smalle straatjes richting Kathedraal. We kwamen langs een Italiaans restaurant, keken elkaar aan en naar binnen. We hebben ons laten verwennen en het is en echte aanrader. Ristorante Maccheroni aan de C. Jimios. Voor 35 euro ons buikje vol met allerlei lekkers. Hierna naar de Kathedraal. Het bezoek was overweldigend. Enkele andere kathedralen van deze afmeting zijn, Milaan en Praag. Alle bijgebouwen waren toegankelijk en ook hebben we de toren beklommen 32 verdiepingen met een fabuleus uitzicht. Wederom geen trap omhoog echter je loopt via een pad in de toren langzaam naar boven. Toch een vreemde gewaarwording. Trudie ging deze keer mee. Nadat we weer buiten kwamen hadden we het eigenlijk wel gehad echter we wilden het Real Alcazar, koninklijk paleis nog bezoeken. Na enig overleg, het was inmiddels 17.30 uur en het sloot om 19.00 uur, toch gedaan. Er staat enkele uren voor het bezoek, maar wij zouden het wel redden. Het was overweldigend. Diverse bouwkunsten lieten zien dat er verschillende overheersingen waren geweest. Steeds werd er weer een stuk aangebouwd in de stijl van de overheerser. Dit werd duidelijk in de diverse kamers met mooie tegelstructuren op de wanden, beeldhouwwerken en schitterende plafonds. Ook de tuinen waren fantastisch. Het leek allemaal wel op een sprookje van duizend en één nacht. Onze tijd was tekort maar je kunt hier inderdaad wel een aantal uren doorbrengen. Wat is Sevilla mooi en we hebben nog lang niet alles gezien. Maar goed, we zouden op de terugweg naar het hotel wat belegde broodjes meenemen omdat twee keer warm eten wel een beetje teveel van het goede was. Zo gezegd, zo gedaan. Nog effe lekker bij Starbucks een milkshake en langzaam terug naar het hotel. Onderweg zagen we muzikanten en politie die het verkeer regelde. Dus dachten we dat er een fanfare langs de weg zou komen. We hadden ons lekker op een bankje langs de weg gesetteld en waren in blijde verwachting. Totdat er een bus voorbij reed waar de muzikanten inzaten, waarschijnlijk naar een uitvoering elders. We moesten er erg om lachen want we zaten echt op de muziek te wachten. Om 19.30u waren we weer in het hotel. Sevilla we komen nog eens terug maar nu eerst Cordobá.

Dag 6
Gisteren even met het thuisfront gebeld waar alles goed gaat. Dat stelt altijd weer gerust. We moesten weer pakken en uitchecken. Honderdvijftig kilometer naar Cordoba onze volgende bestemming. We hebben tweemaal de snelweg verlaten en bezochten de plaatsen Carmona en twee aardige plaatsen die een bezoek waard zijn. Carmona ligt op een heuvel dertig kilometer van Sevilla. In Carmona zouden we de dodenstad Necropolis bezoeken. Een van de overblijfselen uit de Romeinse tijd. Dit was echter gesloten. Dan het stadje maar in. Omringt door een grote stadsmuur met kleine gezellige straatjes. Op het centrale plein dronken we koffie en we bezochten enkele kerken. Het plein was feestelijk versierd omdat er fiësta was geweest. Vervolgens reden we door naar Ecija. Ook wel de stad der torens genoemd vanwege de elf kerktorens, in een klein dorp, die allemaal op de Giralda van Sevilla leken. Dit was wel een imposant gezicht. Het stadje wordt ook wel de braadpan van Spanje genoemd omdat het in een dal ligt en de temperaturen kunnen oplopen tot boven de 40 graden. Erg opvallend waren de grote huizen met boven de balkons een soort kleine uitspanningen waarop fresco’s waren geschilderd. Na de lunch reden we door naar Córdoba waar ons hotel zat. Dit keer hoefden we niet zo lang te zoeken. Het hotel ligt buiten de stad op een heuvel. Het is van dezelfde keten als het hotel drie dagen terug toen we in en omgebouwd klooster zaten. Een schitterende ambiance met veel romantiek, uitzicht en groen. De koffers op de kamer en snel een duik in het zwembad. Het is enigszins bewolkt maar de temperatuur ligt rond de 28 graden dus niet verkeerd. We maakten er een rustige avond van dus aten we in het hotel. Een driegangen diner, vis en vlees. Waarom eten in ons kikkerlandje toch vele malen duurder is weet ik niet maar hier is het in ieder geval nog betaalbaar, zelfs als je in de duurdere restaurants eet. We zijn beiden erg moe maar dat komt omdat we normaal altijd enige uurtjes tijdens de siësta op het strand verbleven, maar dat is hier niet. Jammer, maar Italië wint het wat dat betreft.

Dag 7
Cordoba heeft enkele highlights die je gezien moet hebben. De Joodse wijk, de Mezquita en Alcazar. Na het ontbijt vertrokken we rond 9.30 uur richting centrum. De auto in de parkeergarage en met de benenwagen de Joodse wijk in. Smalle gezellige straatjes waar je heerlijk kunt dolen. De joden zijn er al in 1492 weggejaagd echter er is weinig van de charme verloren gegaan. Ook deze stad kent weer verschillende overheersingen. De Romeinen, Goten, Moren (Arabische en berberse overheersing waardoor een grote islamitische stad ontstond). In de twaalfde eeuw veroverden de Christenen de stad. Er is een grote diversiteit aan bouwstijlen echter door de eeuwen heen is er ook veel verloren gegaan omdat heersers gebouwen afbraken en hun eigen stijl weer vorm gaven. Toch is er nog veel van de islamitische overheersing over gebleven wat blijkt uit de Mezquita. Een enorme moskee met erin opgenomen een grote kathedraal. Je mond valt letterlijk open als je binnenloopt. Mooie gekleurde zuilen op pilaren (meer dan duizend), kleine kapelletjes, mozaïeken, schitterende plafonds en fresco’s. Je valt van de ene verbazing in de andere. Wat wel een feit is, is dat de integratie hier onwillekeurig een feit is echter men heeft nooit naast elkaar geleefd. Wie weet wat ons de toekomst nog biedt. Door de eeuwen heen is er bijgebouwd in diverse stijlen. De totale oppervlakte van het geheel meet 180x135 mtr. Het was een bezoek meer dan waard. Vervolgens naar Alcazar, paleis van de christelijke koningen en in de negentiende eeuw een gevangenis. Jammer gesloten op maandag. Dan nog maar even door Juderia wandelen en bij een bar heerlijk geluncht (heerlijke tapas). Vervolgens gingen we terug naar het hotel om lekker bij het zwembad te lezen en te ontspannen. Rond zessen terug naar het centrum. Trudie stoorde zich aan haar bikini en wilde een nieuwe. Dus op zoek naar een winkel. Het was een groot centrum met veel winkels, dus dat kon niet missen. Gelukkig slaagde ze snel echter voor een badpak. Ze ziet er weer bella uit. We moesten ook nog eten en belanden op het grote centrale plein van de stad. Een leuk restaurant met heerlijke paéla, dat moesten we maar doen. Inmiddels was het aardig benauwd geworden en aarde donker. En ja, hoor het begon te onweren en niet zo´n beetje ook. Dus snel met het voorgerecht een heerlijke salade en de drankjes naar binnen. Het was een pracht gezicht. Al die mensen rennen en schuilen. Het kwam met bakken naar beneden en de wind liet zich ook roeren. Zelfs zo dat er van een gebouw enkele beton platen naar beneden waren gevallen. Gelukkig geen gewonden. Nadat we het eten op hadden was het inmiddels weer droog. Dus snel naar de parkeergarage om de auto te halen want je weet maar nooit wat er nog meer boven ons hoofd hing. Gelukkig ging alles goed. Onderweg zagen we pas wat voor ravage het korte maar hevige onweer had veroorzaakt. Enkele grote takken van de bomen en veel stenen op de weg. Bij terugkomst in het hotel bleek de stroom te zijn uitgevallen zodat op de kamer de noodverlichting aan stond. Dus maar op tijd het bed in, morgen een nieuwe dag.

Dag 8
Wat gaan de dagen snel. Alweer een week onderweg en we hebben zoveel indrukken opgedaan dat we de foto’s moeten terug zien om te kijken waar we zijn geweest en wat we hebben gezien. Om 10.00 uur verlieten we het hotel en reden richting Jaén. Via een kleine omweg stond rond 12.30u de auto in de parkeergarage. Deze stad was een bezoek waard. Een gigantische kathedraal domineert midden in het centrum op de plaza Santa Maria. In de kerk bevindt zich de zweetdoek waarmee Sint Veronica Jezus zijn gelaat zou hebben afgedroogd tijdens de kruisweg. Wij hebben hem niet gezien. Deze kathedraal moest de kathedraal in Sevilla evenaren en dat is aardig gelukt maar wel een stuk kleiner. Eerst maar koffie en lunchen voordat we naar de Banos Arabes zouden gaan. Deze gerestaureerde baden uit de elfde eeuw liggen onder het Palacio de Villadompardo. Hier bevindt zich ook een kunstnijverheidsmuseum. De baden werden bij toeval ontdekt tijdens restauratie werkzaamheden en waren meer dan een bezoek waard. Nog even door de smalle straatjes struinen om vervolgens de reis te vervolgen naar Baeza waar ons volgende overnachtings adres was en we rond vieren arriveerden. Het was even zoeken, het hotel staat midden in het gerestaureerde centrum. Toen we in hotel Palacio de Los Saledo binnen liepen viel onze mond open. Een prachtig zestiende eeuws gebouw wat eertijds toebehoorde aan de Baron en Barones van Garcia’s Palace, een vooraanstaande familie Salcedo’s. Het gebouw is aangepast aan de eisen van deze tijd en in stijl gerestaureerd tot een luxe hotel, dit zie je niet aan de buitenzijde. Eenmaal binnen waande je, je eeuwen terug. De kamers waren gesitueerd rond een grote overdekte patio en het gebouw telde drie verdiepingen. Ook de kamers waren in stijl ingericht, echt super. Konden we hier maar langer dan één nacht verblijven. Eerst maar het stadje verkennen. Een alleraardigst stadje waarover niet veel geschreven wordt. Toch is dit jammer. Ondanks dat er weinig highlights zijn, zijn er diverse renaissance juweeltjes. Palacio de Jabalquinto en het universiteitsgebouw. Ook de kathedraal de Santa Maria is een bezoek waard. Restauratie werkzaamheden zijn in volle gang. Baeza is een universiteitsstad en ook is er een politie academie wat meteen opvalt als je een rondje wandelt. Je struikelt over de jonge politie agenten. Als je aan de rand van de stad staat en je kijkt door het heuvelachtige land dan staan er zo ver als het oog reikt, links en rechts olijfbomen. Baeza is al met al een gezellige stad. Eerst nog even lekker gegeten waarna ik vervolgens het verhaal weer op internet plaatste.

Dag 9
Langzaam komt Granada in zicht. Na het ontbijt eerst naar Úbeda. Het buurtstadje is ook een bezoekje waard. Er is een groot historisch centrum. De auto in de P-garage geplaatst en eerst naar de VVV voor en kaartje. Omdat het eentonig wordt om te beschrijven hoe mooi het hier is zal ik daar niet teveel over uitwijden. Door de stad reed een toeristisch open busje en om een indruk te krijgen deden we de rondtour. Veel gebouwen waren in restauratie en daardoor gesloten. Wel hebben we een keramiek/pottenbakker museum bezocht waar Úbeda bekend om staat. Vanuit het stadje heb je een mooi gezicht op de Sierra de Cazorla. In een supermarkt stokbrood en beleg gekocht voor de lunch onderweg. Trudie had een mooie route uitgezocht echter blijf maar op de doorgaande wegen want als je van de weg afgaat om via een dorp om te rijden raak je de weg zoek omdat de aanduidingen in de dorpen erg summier zijn. Wegen staan wel op de kaart maar zijn soms helemaal niet te vinden. Wij zijn ondertussen wel wat gewend maar Spanje spant de kroon vwb. onduidelijkheden. Rond vieren waren we in ons hotel. Weer een heerlijke grote kamer met balkon op de zesde etage. Spullen opruimen en maar eerst oriënteren. Het is een grote stad en het hotel staat in het centrum dus ver lopen hoefden we niet. Eerst maar kijken hoe we bij het Alhambra kwamen. Lopen was een optie, vanuit ons hotel ongeveer 30 minuten echter je moet klimmen. Er reden busjes van een centraal plein die je voor een euro er heen brachten dus dat doen we overmorgen. De stad Granada heeft mooie grote winkelstraten waar je heerlijk kunt flaneren wat we eerst deden en vervolgens trokken we de wijk Albaicín in. Granada’s oudste moorse wijk. Deze ligt op de hellingen van de Sacromonte dus we hadden een aardige klim. Tussentijds belde Roderick om te vertellen dat alles goed was. Een gezellige wijk met veel eetgelegenheden die je gezien moet hebben. Tevens had je een prachtig panorama op het Alhambra. Tussendoor makkelijk gegeten in een broodjeswinkel want een keer geen warm eten kan geen kwaad. Het werd al donker en onze benen voelden we al aardig echter niet dezelfde weg terug kan voor problemen zorgen. Wederom met een enorme omweg naar het hotel waar we rond tienen aankwamen. Effe in bad, wat drinken op het balkon en om 23.00 uur het licht uit.

Dag 10
Omdat we morgen pas naar het Alhambra gaan hebben we een dag rust. Nou ja,. Granada is een mooie stad maar we zijn eigenlijk de kerken, kathedralen wel een beetje zat. Dus gingen we er maar met de auto op uit de Sierra Nevada in. Via een schitterende route stegen we naar vijfentwintig honderd meter. Er wordt veel aan de wegen gewerkt zo ook in de bergen maar de wegen zijn prima te berijden echter enig oponthoud is niet te voorkomen. Schitterende panorama’s en vergezichten waren voor ons een volslagen verrassing na al het vlakke land tot nu toe. Onderweg kwamen we een tiental gecamoufleerde auto’s tegen die aan het proefritten waren in de bergen. Het was duidelijk dat het Franse auto’s betrof omdat er allerlei ander franse auto’s met diverse meetapparatuur mee reden en de auto’s zelf ook een Frans kenteken hadden. Op één van de hoogste dorpen die we doorreden stonden een aantal trucs waar de auto’s ingeladen werden. We hebben enkele foto’s gemaakt maar dat werd ons niet in dank afgenomen. Op vijfentwintig honderd meter mochten we niet verder met de auto dus zijn we nog een stuk omhoog gewandeld naar een Maria beeld. Dit is werkelijk waar een schitterend gebied alleen jammer dat je de pas niet over mag . Onderweg lag er nog een ziek schaap op de weg. Ik probeerde hem of haar weg te jagen wat lukte, echter toen we wegreden ging ie toch weer op de weg liggen. Dan moet ie het zelf maar weten. Rond enen waren we terug in het hotel. Lekker zwemmen en zonnen. In de namiddag naar het centrum. Eerst maar wat eten en koffie en daarna naar de Kathedraal en de Capilla Real. We hadden eigenlijk alwel genoeg kerken gezien maar deze was ook weer een juweeltje. Eerst het Capilla Real. Een gigantisch gotisch gebouw wat grenst aan de kathedraal en de laatste rustplaats is van een koningspaar Ferdinand en Isabella. Zij zijn hier bijgezet en de crypte is toegankelijk. Dit was al een kathedraal op zich. Vervolgens de echte kathedraal. Weer zo’n groots bouwwerk. Enorme pilaren, bogen en schitterende beelden. Ook de diverse kapelletjes waren oogstrelend. Hoe kregen de mensen het voor elkaar. Toch weer een volledig andere stijl dan dat we eerder hadden gezien. Inmiddels liep het naar zeven uur. Nog even winkelen in Spanjes grootste warenhuis ElCortes. Ondertussen was het gaan regenen en niet zo zuinig ook. Dus snel opzoek naar een restaurant wat we snel vonden. Trudie nam entrecot en ik paella met vlees. Heerlijk …. Inmiddels was het ook droog geworden dus snel naar het hotel. Weer een dag voorbij.


Dag 11
Vandaag stond een bezoek aan het Alhambra op het program. Een enorm complex wat bestaat uit een fort; de Alcazaba, het paleis Nazaries, een paleis van Karel de V en het Palacio Generalife ( het zomerpaleis van de sultans met tuinen bedoeld om aan het drukke hofleven te ontsnappen). Per dag mogen er 7700 personen naar binnen. Het is Unesco werelderfgoed dus gelukkig beschermd. Via internet had ik kaarten gereserveerd en wij mochten tussen 8.30 en 9.00 uur naar binnen in paleis Nazaries. Ben je niet op tijd dan heb je een probleem en kom je er niet meer in ondanks je kaarten. Ieder half uur mogen er 300 mensen naar binnen. We hadden de wekker op 07.00 uur gezet, een half uur later aan het ontbijt. Om 8.00 uur uitgecheckt. De bagage bleef in het hotel en de auto in de garage. We hadden een taxi besteld die ons voor de ingang afzette. Er stonden al flinke rijen omdat je ook bij het loket nog kaarten kon kopen. Echter dan moet je maar afwachten hoe laat je het paleis in mag en of je er überhaupt nog in kon, gezien het maximum. Doordat wij gereserveerd hadden waren we binnen 5 minuten door de entree. Via een mooie laan kwamen we bij de ingang van het paleis waar inmiddels ook al een aardige rij stond. Om half negen precies mochten we naar binnen. Het paleis bestaat uit diverse zalen en patio’s. Het is eigenlijk onbeschrijfelijk hoe mooi dit allemaal was. Je moet dit met eigen ogen aanschouwen. Hoe mensen handen dit ooit hebben kunnen maken. Ook was er in alle vertrekken water wat voor die tijd heel bijzonder was en via een ingenieus systeem was aangelegd. Waar je ook loopt op het complex overal hoor je water stromen. Ook de tuinen waren bijzonder, veel fonteinen, watervalletjes en grote vijvers waren een lust voor het oog. De constructie voor de wateraanvoer van de fonteinen was wel heel bijzonder  ant fonteinpompen bestonden toen nog niet maar het water spuit overal omhoog. Rond middaguur hadden we de taxi weer terug naar ons hotel. Koffers in de auto en op weg naar de volgende bestemming, olé de Spaanse Costa voor een verblijf van vier dagen voordat we op huis aan gaan. Onderweg nog twee keer opgestoken bij twee bergdorpen. Lanjaron, bekend van bronwater en Orgiva een soort engels hippiedorp. Er wonen hier veel Engelsen met een tweede huis. Vervolgens reden we door naar de kust. Het was effe zoeken naar het hotel. Het stond vlak aan het strand en we keken vanaf ons balkon op zee. Op het dak zit een zwembad wat we dan ook snel opzochten. Heerlijk gegeten in het hotel en om 23.00 uur het licht uit. Wat een dag.

Dag 12
We zitten aan de Costa olé, olé. Nu is het juist dit soort omgevingen die we willen mijden tijdens onze vakanties maar voor een paar dagen aan het strand hadden we niet veel keus en maken we er maar het beste van. Na het ontbijt vertrokken we naar Nerja, een klein plaatsje niet ver van waar wij zaten. Hier bevindt zich het balkon van Europa. Nadat we de auto in de parkeergarage hadden gezet werden we buiten verrast door een optreden van de plaatselijke fanfare. Wat bleek het was het laatste weekend van het zomerseizoen en er was fiësta om alle toeristen te bedanken dat zij naar Nerja waren gekomen. Troffen wij het even. Tijdens het optreden door de straten deelden ze rode anjers uit. Ook wij kregen er één die we maar naar de kerk brachten. De hele dag waren er festiviteiten. Nerja is een leuke stad met kleine straatjes met winkeltjes en op een uitstekende punt van een grote rots boven de zee is een reuze balkon gemaakt. Na een korte lunch in een restaurantje wat door Engelsen wordt gerund reden we rond twaalven weer op het hotel aan. Er hebben zich ook hier veel Engelsen gevestigd en verdienen hun brood grotendeels in de horeca met eigen bedrijven. Terug in het hotel lekker een paar uurtjes naar het strand. Het was warm maar bewolkt. Rond vieren weer naar onze kamer voor de koffie. Om een uur of zes vertrokken we weer naar Nerja voor het eten en het avondprogramma. We aten bij een Italiaans restaurant en hebben weer eens een echte cappuccino gedronken. Terug naar het balkon want daar was een kleine toeristische markt ook was er een enorm podium opgebouwd want om 21.30 uur was er een concert van de drie tenors uit Andalusië. Het was een geweldige show, met zang, lichteffecten, gitaarmuziek en een compleet orkest. Maar om eerlijk te zijn, zijn wij niet zo verliefd op de Spaanse muziek en hun zangers met vibrerende stemmen. Dus dan heb je het na enkele nummers wel gehad. Maar goed, we hadden een mooi plekje uitgezocht want om 23.00 uur zou er vuurwerk zijn. Dus het hele concert maar bijgewoond. Eerlijk is eerlijk het was een geweldige avond met als toetje een groots vuurwerk. Olé, ola. Toen we rond twaalven terug kwamen in het hotel was het er enorm druk. Geen parkeerplaats te vinden, gloeiende, gloeiende. Wat bleek er was een gigantisch bruiloftsfeest gaande dachten we, nee het moest nog beginnen. En ook hier was een band maar dat wisten we nog niet. Eerst de auto kwijtraken, oplossing de garage van het hotel, die hoefden we feitelijk niet te gebruiken maar in dit geval was het een uitkomst. De ingang was zo krap en steil dat ik eigenlijk aan iets onmogelijks was begonnen en Trudie maar niet keek hoe ik de auto met heel veel pijn en moeite en zonder beschadiging naar binnen reed nog niet realiserende dat ie er ook weer uit moest. Snel lekker onder de wol en gauw in slaap. Om 4.15u werden we beiden wakker van de muziek die we hoorden. We lagen op de tweede verdieping maar het leek of ze naast ons bed stonden te spelen. Wat bleek bij navraag, om 00.30 uur arriveerde bruid en bruidegom, en er was door de circa 150 feestgangers voortijds al ingedronken maar nu kon het feest pas echt van start gaan. Gelukkig dat we zo moe waren dat we in ieder geval al in slaap waren. Tot half vijf werd er nog gespeeld en toen was het rustiger

Dag 13
Om de hele dag op het strand te liggen is niets voor ons dus Trudie had een mooie route uitgezocht. Maar eerst de auto nog uit de garage. Dit lukte niet geheel zonder een kleine kras op de rechterspiegel die zacht de muur raakte. We reden via Nerja richting Almunecar. Onderweg belde Roderick nog met een vervelende mededeling. Hij had tijdens het uitvoeren van zijn werk de enkel gebroken. Dat heeft ons een poosje bezig gehouden. Toch door gereden en de route ging de bergen in, het achterland van Almunecar via de A7106. Overal wordt aan de wegen gewerkt en worden nieuwe wegen gemaakt. Grote viaducten die op grote hoogte de afstand tussen twee bergen overbruggen. Dit is toch een staaltje ingenieus bouwwerk en een schitterend gezicht hoe dat wordt gemaakt. We reden via de bergdorpjes Jete, Ortivar, Lenteji. Uiteindelijk kwamen we steeds hoger met schitterende vergezichten. Ook waren er hier paragliders die op de wind, vrij en vrolijk vlogen. We vervolgden onze weg via Itrabo, Molvisar en Lobres reden we naar de Puerto Motril. Hier lagen we enkele uren aan het strand. Om 16.00 uur waren we terug in het hotel en hebben nog heerlijk gezwommen en geluierd bij het zwembad. Vanavond geen zin om weg te gaan dus maar eten in het hotel. We lagen om 22.00 uur in bed.

Dag 14
De zon kwam alweer op. We hadden wederom een zeer onrustige nacht gehad en zijn absoluut niet tevreden over dit hotel. Dat komt niet vaak voor echter dat zal deze omgeving ook wel met zich mee brengen. De mensen zijn aardig maar de service is slecht. Vraag je wat dan wordt er niet gedacht in oplossingen maar al snel je neerleggen bij het negatief antwoord. Afgelopen nacht kwamen er rond vieren nieuwe gasten bij ons op de gang. Mensen realiseren zich niet dat andere mensen slapen. Een herrie, schreeuwen en slaan met deuren. Het moet doorgaan voor een middenklasse hotel maar past in deze klasse absoluut niet thuis en wij hebben zo door de jaren heen al aardig wat ervaring. Dat neemt niet weg dat we het verder wel naar ons zin hebben en onze reviews op Zoover niet vers zullen zijn. We klagen nooit over hotels maar dit moest ons even van het hart. Allereerst hebben we vanmorgen de markt in Torrox bezocht. Een regionale weekmarkt die erg gezellig was en duidelijk in de toeristische behoefte voorzaag. Vervolgens zijn we in de auto gestapt omdat Trudie wederom een mooie route had uitgestippeld. We hebben we het achterland van Velez de Malaga bezocht, de Sierra de Tejada. Werkelijk waar een schitterende omgeving en een aanrader als je hier logeert. Via allerlei bochtige weggetjes stijg je langs de bergrand naar 1300 mtr. De eerste 25 vijfentwintig kilometer via de A 335 wel vervelend want er rijden heel veel vrachtauto’s die met enorm vermogen naar boven scheuren. Dus af en toe gaf ik ze maar de ruimte om even aan de kant te gaan staan. Maar het grootste gedeelte kom je weinig auto’s tegen en kun je rustig rijden en genieten. Onderweg genoten van de mooie omgeving en panorama’s. In Alhama de Granada hebben we geluncht. De stad is de moeite waard voor een bezoek. Ook is er een enorme kloof die je kunt wandelen echter dat is aan ons niet besteedt. Bij elkaar hebben we 150 km gereden. Rond vijven waren we terug op de kamer. Nog even naar het strand en het zwembad. We eten vanavond in het dorp en gaan bij terugkomst de koffers weer inpakken om ons voor te bereiden op de terugreis. Morgen nog een dagje Malaga.

De laatste dag, Het was weer tijd om naar huis te gaan. Na het uitchecken vandaag vertrokken we naar Malaga. We hadden ons geen voorstelling gemaakt maar we kunnen wel zeggen het was de moeite waard van een bezoek. We reden onder de kust door en niet via de autosnelweg. Nadat we de auto in de parkeergarage hadden gezet liepen we richting Castillo Gibralfaro. Hierbij passeerden we de Plaza de Toros, de stierenvechters arena waar we toch nog even een bezoekje brachten. Het Castillo Gibralfaro is een grote Moorse burcht/vesting gelegen op honderd dertig meter boven de stad op een heuvel met aan de voet van de heuvel de Alcazaba, een groot complex paleis geïnspireerd op het Alhambra in Granada. De vesting op de heuvel en het paleis liggen in elkaars verlengde en zijn geheel ommuurt zodat je eigenlijk vanaf de heuvel naar beneden kunt lopen. Om het kasteel te bereiken moest je eerst via een pad naar boven lopen. De zon stond behoorlijk te branden en het was een ware kruistocht. Eenmaal boven en binnen in het kasteel was het uitzicht fenomenaal. Het was een enorme grote vesting met dikke muren en de bekende Moorse kantelen erop. Rond de muren kon je lopen en de hele stad van bovenaf bewonderen. Het kasteel is ontstaan doordat Feniciërs zich hier in 500v. Chr. vestigden vanwege de havenkom. Zij bouwden een vuurtoren en er omheen een kleine vesting. Het huidige Castillo dateert uit de Moorse tijd. Vanaf de 14e eeuw werden de Nasriden verjaagd door de Christenen en ook deze drukten hun stempel weer op het geheel. Het werd een Kazerne en later ook gebruikt door de kustwacht. Zoals ik al aangaf kon je normaliter vanuit het kasteel binnendoor naar de Alcazaba beneden lopen echter dat was nu afgesloten zodat we terug moesten zoals gekomen en op straathoogte naar het paleis liepen. Maar goed naar beneden gaat wat makkelijker dan omhoog. Voordat je het paleis betreed kun je nog een Romeins amfitheater aanschouwen. Dit is in de jaren vijftig van de vorige eeuw bloot gelegd. Het is niet zo indrukwekkend als andere theaters die we inmiddels in Italië en Griekenland hebben gezien. Toch is het verrassend om het nu in deze omgeving te zien. De Alcazaba is eigenlijk het Alhambra in Granada (de hoofdstad van het Nasridenrijk) in het klein. Patio’s, tuinen met vijvers en mooie kamers met plafonds waren te bewonderen. Het is gebouwd in de elfde eeuw op Fenicishe en Romeinse fundamenten en door de Nasriden verder ontwikkeld. Zeer mooi en indrukwekkend. Vervolgens brachten we een bezoek aan het Picasso museum. Een klein aantal werken was hier te bewonderen. Het liep inmiddels tegen half vijf en de stad had nog veel meer moois waar we niet aan toe kwamen. Rond zessen waren we op het vliegveld. Auto inleveren en inchecken. Met twintig minuten vertraging kwamen we op Schiphol aan waar Marcel en Daniëlle op ons stonden te wachten. Om middernacht waren we thuis. Wat rest is de herinneringen en een grote bult wasgoed. Al met al hebben we een heerlijke vakantie gehad. We zijn heel onbevangen naar Andalusië vertrokken, alles gebaseerd op eigen leeswerk, oriëntatie en collega’s die er waren geweest. Ook het enthousiasme van de medewerker van het reisbureau maakte ons gevoel sterker om te gaan. Spanje heeft de naam van massa toerisme, wij hebben dat niet echt ervaren maar dat zal ook de tijd met zich mee hebben gebracht. (de laatste dagen aan de Costa uitgezonderd). Het was een bijzondere reis en we mogen het niet vergelijken met Italië maar het land heeft ons hart niet gestolen. We zijn blij met Andalusië, haar inwoners en cultuur kennis te hebben gemaakt en kunnen daar ook met veel enthousiasme over vertellen. Tevens dank aan de medewerkers van het reisbureau die alles met zorg hebben samengesteld en aan bepaalde zaken die wij eerder in het verslag al aangaven niets kunnen doen. Wij raden dit reisbureau dan ook zeker aan.